Operation Manual
Nederlands - 15
3. INSTALLATIE
3. Installatie
Dit hoofdstuk beschrijft de installatie van de
GARDENA robotmaaier. Lees voordat u met de
installatie begint eerst het vorige hoofdstuk,
2.
Presentatie.
Lees ook dit hoofdstuk volledig door voordat u met de
installatie begint. Hoe de installatie is uitgevoerd,
beïnvloedt hoed goed de robotmaaier functioneert.
Daarom is het belangrijk de installatie zorgvuldig te
plannen.
De planning is gemakkelijker als u een schets maakt
van het werkgebied, met inbegrip van alle obstakels.
Zo vindt u eenvoudiger de beste positie voor het
laadstation, de grensdraad en de geleidingsdraad.
Teken de route van de grens- en geleidingsdraad af in
de schets.
Zie
7. Tuinvoorbeelden
op pagina 54 voor
installatievoorbeelden.
Kijk ook op www.gardena.com voor meer
beschrijvingen en tips over het installeren.
Voer de installatie uit volgens de volgende
stappen:
3.1 Voorbereidingen.
3.2 Installatie van laadstation.
3.3 Opladen van accu.
3.4 Installatie van begrenzingskabel.
3.5 Aansluiten van begrenzingskabel.
3.6 Installatie van begeleidingskabel.
3.7 De lus controleren.
3.8 Ingebruikname en kalibratie
3.9 Test het dokken in het laadstation
Het laadstation, de grensdraad en de geleidingsdraad
moeten zijn aangesloten om een volledige
startprocedure voor de robotmaaier te kunnen
uitvoeren.
3.1 Voorbereidingen
1. Als het gras binnen het geplande werkgebied
langer is dan 10 cm; moet u het met een normale
grasmaaier maaien. Verzamel vervolgens het
gras.
2. Lees alle stappen voor de installatie zorgvuldig
door.
3. Controleer of alle onderdelen voor de installatie
aanwezig zijn:
De getallen tussen haakjes verwijzen naar de
gedetailleerde afbeeldingen
2.1 Onderdelen?
.
• Gebruiksaanwijzing (25)