Operation Manual
Nederlands - 59
8. ONDERHOUD
8.1 Winterstalling
Robotmaaier
De robotmaaier moet zorgvuldig worden gereinigd
voordat hij in de winterstalling wordt gezet. Zie 8.3
Schoonmaken op pagina 59.
Laadt de accu helemaal op voor de winterstalling.
Vervolgens zet u de hoofdschakelaar op 0.
Controleer de conditie van slijtagegevoelige
onderdelen zoals messen en lagers in de
achterwielen. Corrigeer indien nodig om ervoor te
zorgen dat de robotmaaier zich bij de start van het
volgende seizoen in een goede conditie bevindt.
Stal de robotmaaier rechtop op een droge, vorstvrije
plek, bij voorkeur in de oorspronkelijke verpakking.
Laadstation
Berg het laadstation en de transformator binnen op.
De grensdraad kan in de grond blijven zitten. De
uiteinden van de draden moeten worden beschermd
tegen vocht door ze bijvoorbeeld in een potje met vet
te steken.
8.2 Na de winterstalling
Controleer voor het eerste gebruik of reiniging nodig is;
dit geldt met name voor de laadcontacten op zowel de
robotmaaier als het laadstation. Reinig de
laadcontacten met fijn schuurlinnen als ze verbrand of
met een laagje bedekt lijken te zijn. Controleer ook of
de tijd en datum op de robotmaaier correct zijn.
8.3 Schoonmaken
Het is belangrijk de robotmaaier schoon te houden.
Een maaier waar een grote hoeveelheid gras aan
blijft plakken, werkt minder goed op hellingen. Wij
raden schoonmaken met behulp van een borstel en
een sprayfles met water aan.
BELANGRIJKE INFORMATIE
Gebruik nooit een hogedrukreiniger, en zelfs
geen stromend water, om de robotmaaier
schoon te maken. Gebruik voor het
schoonmaken ook nooit oplosmiddel.