Operation Manual
GPSMAP 400-/500-serie - gebruikershandleiding 41
Informatie weergeven
3. Maak een keuze uit de volgende mogelijkheden:
• Selecteer de bestandsnaam in de lijst.
• Selecteer om een nieuw bestand te maken.
Voer de bestandsnaam in met gebruik van de en druk
op .
4. Verwijder de SD-kaart uit het toestel en plaats deze in een SD-kaartlezer die is
aangesloten op een computer.
5. Open in Windows
®
Verkenner de map Garmin\UserData op de SD-kaart.
6. Kopieer het desbetreffende ADM-bestand op de kaart en plak dit in een
willekeurige locatie op de computer.
1. Kopieer het desbetreffende ADM-bestand van de computer naar een SD-kaart
in de map Garmin\UserData.
2. Plaats de SD-kaart in uw kaartplotter.
3. Selecteer in het startscherm van uw kaartplotter >
> > .
1. Selecteer in het startscherm van uw kaartplotter >
> .
2. Selecteer , , of .
3. Selecteer om de gegevens te verwijderen.
Selecteer in het startscherm > om informatie
weer te geven over andere boten.
: om informatie over andere schepen weer te geven, moet uw
toestel zijn aangesloten op een extern AIS-toestel (Automatic Identication
System) of DSC-toestel (Digital Selective Calling). Zie pagina 62 voor meer
informatie.
: zie pagina 46.
: geef de 100 meest recente oproepen weer. De DSC-lijst geeft de
meest recente oproepen weer die vanaf een boot zijn gemaakt. Wanneer een
tweede oproep van dezelfde boot wordt ontvangen, vervangt deze de eerste
oproep van deze boot in de lijst.
Selecteer om oproepen te sorteren op naam, type, MMSI, afstand van
uw boot of op het tijdstip waarop de oproep is ontvangen.
Selecteer > om alle oproepen uit de lijst te wissen.
1. Selecteer .
2. Voer met de het MMSI-nummer van het schip in.
3. Voer met de de naam van het schip in.
Met het Automatic Identication System (AIS) kunt u andere schepen
identiceren en volgen.