Operation Manual

Waypoints, routes en Tracks
Montana 600-serie - gebruikershandleiding 9


Met de functie Waypoint middelen
kunt u de nauwkeurigheid van een
waypointlocatie verbeteren door meerdere
metingen van de waypointlocatie te
verzamelen.
1. Selecteer
> .
2. Selecteer een waypoint.
3. Ga naar de locatie.
4. Selecteer .
5. Als de statusbalk Betrouwbaarheid van
meting op 100% staat, selecteer dan
.
Voor de beste resultaten kunt u
maximaal acht metingen voor een
waypoint opslaan. Wacht minimaal
negentig minuten tussen de metingen.

1. Selecteer > .
2. Richt het toestel op een object of in de
richting van een locatie.
3. Selecteer  >
.
4. Selecteer een maateenheid.
5. Voer de afstand in voor het object en
selecteer
.
6. Selecteer .

U kunt het toestel op een object in de
verte richten, de richting vergrendelen en
vervolgens naar het object navigeren.
1. Selecteer
> .
2. Richt het toestel op een object.
3. Selecteer  > 
.