Operation Manual
Uw toestel aanpassen
40 Montana 600-serie - gebruikershandleiding
• : hiermee selecteert
u de positieweergave waarmee een
locatie wordt aangeduid.
• : stelt het
coördinatensysteem van de kaart in.
• : geeft het
coördinatensysteem weer dat door
het toestel wordt gebruikt. Het
standaardcoördinatensysteem is
WGS 84.
U kunt de kompasinstellingen aanpassen.
Selecteer
> > .
• : hiermee stelt u het type
voorliggende koers op het kompas in.
• : hiermee stelt u de
noordreferentie van het kompas in.
• : hiermee
geeft u aan u hoe de koers wordt
weergegeven.
◦ ( of ): de
reisrichting naar uw bestemming.
◦ (): de CDI
(koersafwijkingsindicator) geeft
de relatie aan tot de koerslijn en
begeleidt u naar uw bestemming.
• : hiermee wordt van een
elektronisch kompas naar een GPS-
kompas overgeschakeld als u zich
gedurende een bepaalde tijd met een
hogere snelheid verplaatst
. U kunt hier het kompas ook
uitschakelen.
• : pagina 19.
Selecteer > > .
• : de
hoogtemeter voert automatisch
een kalibratie uit als u het toestel
inschakelt.