Operation Manual

nüvi 1200-/1300-/1400-serie - Gebruikershandleiding 25
Bestanden beheren
Bestanden overbrengen
1. Zoek op uw computer naar het bestand dat
u wilt kopiëren.
2. Markeer het bestand en klik op
Bewerken > Kopiëren.
3. Open het station/volume “Garmin” of de
geheugenkaart.
4. Klik op Bewerken > Plakken. Het
bestand wordt weergegeven in de lijst met
bestanden in het nüvi-geheugen of op de
geheugenkaart.
5. Wanneer u de overdracht van bestanden
hebt voltooid, klikt u op
op de werkbalk
(of in de systeemlade) of sleept u het
volumepictogram naar de Prullenmand
op Mac-computers.
6. Koppel de nüvi los van de computer.
Bestanden verwijderen
1. Sluit de nüvi aan op uw computer en
open het station/volume van de nüvi of
geheugenkaart.
2. Markeer het bestand dat u wilt verwijderen.
3. Druk op de toets Delete op het toetsenbord
van uw computer.

als u niet weet waar
een bestand voor dient, verwijder het dan
niet. Het nüvi-geheugen bevat belangrijke
systeembestanden die niet mogen worden
verwijderd.