GE Security 1X-F-serie Bedieningshandleiding P/N 501-415001-2-20 • REV 2.
Copyright © 2009 GE Security, Inc. Het is niet toegestaan dit document in zijn geheel of gedeeltelijk te kopiëren of op andere wijze te reproduceren, behalve wanneer dit specifiek wordt toegestaan volgens de Amerikaanse en internationale auteurswet, zonder schriftelijke toestemming vooraf van GE Security Inc. Disclaimer De informatie in dit document kan zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. GE Security, Inc.
Inhoud Inleiding 1 Productenreeks 1 Bedieningsmodus 1 Signaalgever- en doormeldingsvertragingen 2 Overzicht controlepaneel 3 Bedienpaneel van brandmeldpanelen voor twee en vier groepen 3 Bedienpaneel van brandmeldpanelen voor acht groepen 4 Bediening en indicatie-LED's 5 Geluidssignalen 8 Overzicht van statusmeldingen 8 Bediening van het controlepaneel 11 Toegangsniveaus 11 Basisbediening 12 Geavanceerde bediening 13 Onderhoud 18 Productconformiteit 19 1X-F-serie Bedieningshandleiding I
Inleiding Dit is de bedieningshandleiding behorende bij het 1X-F-brandmeldpaneel voor de toegangsniveaus 1 en 2. Lees deze instructies en alle verwante documentatie volledig voordat u dit product in gebruik neemt. Productenreeks Hieronder vindt u de modellen uit de 1X-F-serie.
Signaalgever- en doormeldingsvertragingen De signaalgever- en doormeldingsvertragingen zijn niet voor alle bedieningsmodi beschikbaar. In onderstaande tabel vindt u de vertragingen die voor elke bedieningsmodus beschikbaar zijn.
Overzicht controlepaneel Dit onderwerp biedt een inleiding in het bedienpaneel, de knoppen van het bedienpaneel en de indicatie-LED's. Bedienpaneel van brandmeldpanelen voor twee en vier groepen Afbeelding 1: Bedienpaneel van brandmeldpanelen voor twee en vier groepen 1. Groepsknoppen en indicatie-LED's (Z1, Z2, enz.) 2. Indicatie-LED Voeding 3. Algemene indicatie-LED Storing 4. Algemene indicatie-LED's Brand 5. Knop Signaalgever's Storing/Uit/Test en indicatie-LED 6.
Opmerking: Brandmeldpanelen voor twee groepen hebben geen doormeldingsfunctie. Bedienpaneel van brandmeldpanelen voor acht groepen Afbeelding 2: Bedienpaneel van brandmeldpanelen voor acht groepen 1. Groepsknoppen en indicatie-LED's (Z1, Z2, enz.) 2. Indicatie-LED Voeding 3. Algemene indicatie-LED Storing 4. Algemene indicatie-LED's Brand 5. Knop Signaalgever's Storing/Uit/Test en indicatie-LED 6. Knop Signaalgevers vertraging en indicatie-LED 7. Indicatie-LED Storing netwerk 8.
Bediening en indicatie-LED's In de volgende tabel vindt u een overzicht van de bedienelementen en indicatie-LED's van het brandmeldpaneel. De itemnummers verwijzen naar Afbeelding 1 op pagina 3 en Afbeelding 2 op pagina 4. Het is mogelijk dat de hier beschreven bedieningsfuncties niet voor alle gebruikers beschikbaar zijn. Meer informatie over de bediening van het brandmeldpaneel en toegangsrestricties vindt u in het onderwerp “Bediening van het controlepaneel” op pagina 11.
Item Bedienelement/Indic Kleur van atie-LED indicatieLED Beschrijving 6 Knop Signaalgevers vertraging en indicatie-LED Geel Schakelt een eerder geconfigureerde signaalgeververtraging in of uit. 7 Indicatie-LED Storing netwerk Geel Geeft een netwerkstoring aan. 8 Indicatie-LED Onderhoud detector Geel Geeft aan dat er onderhoud aan een detector moet worden uitgevoerd (alleen detectoren die compatibel zijn met CleanMe).
Item Bedienelement/Indic Kleur van atie-LED indicatieLED Beschrijving 14 Knop Stop zoemer en Geel indicatie-LED Stopt de interne zoemer en bevestigt alle huidige gebeurtenissen. Als de indicatie-LED continu brandt, geeft dit aan dat alle huidige gebeurtenissen bevestigd zijn. 15 Knop Signaalgevers aan/stop en indicatie-LED Rood Schakelt (stopt) het geluid van alle signaalgevers uit. Als u op de knop opnieuw indrukt, worden alle signaalgevers opnieuw geactiveerd.
Geluidssignalen Het brandmeldpaneel gebruikt de volgende geluidssignalen voor het aangeven van systeemgebeurtenissen. Aanduiding Beschrijving De interne zoemer klinkt continu Geeft een brandalarm of een storing in het systeem aan De interne zoemer klinkt met onderbrekingen Geeft alle overige storingen aan Overzicht van statusmeldingen Dit gedeelte bevat een overzicht van de statusmeldingen van het brandmeldpaneel.
Storing De status van een storing wordt als volgt aangegeven: • Algemene storingen worden door de algemene indicatie-LED Storing aangegeven en de overeenkomende indicatie-LED van de groep, functie of melder knippert. • Een knipperende algemene indicatie-LED Storing en een continu brandende indicatie-LED Storing voeding geven aan dat er storingen in de netvoeding en netspanningzekeringen optreden.
Test Een groepstest wordt als volgt aangegeven: • • De algemene indicatie-LED Test en de overeenkomende indicatie-LED Storing/Uit/Test voor groepen branden continu. Er is geen geluidssignaal. Een signaalgevertest wordt als volgt aangegeven: • • De algemene indicatie-LED Test en de overeenkomende indicatie-LED Signaalgevers Storing/Uit/Test branden continu. Er is geen geluidssignaal.
Bediening van het controlepaneel Toegangsniveaus Voor uw veiligheid zijn de bedieningsmogelijkheden van enkele functies van dit product met toegangsniveaus beperkt. Toegangsniveau 1 Toegangsniveau 1 is het standaardtoegangsniveau. op dit niveau kunt u alleen basisbedieningshandelingen uitvoeren zoals reageren op een brandalarm of storingsbericht op het brandmeldpaneel. De taken die u op dit toegangsniveau kunt uitvoeren, worden uitgebreid in onderwerp “Basisbediening” op pagina 12 besproken.
Basisbediening Onder basisbedieningshandelingen vallen die taken die kunnen worden uitgevoerd wanneer toegangsniveau 1, het standaardtoegangsniveau, op het brandmeldpaneel is geactiveerd.
Een door een handbrandmelder geactiveerd brandalarm heft elke willekeurige geconfigureerde vertraging op en activeert onmiddellijk de doormelding. Indicatie-LED's van brandmeldpaneel en interne zoemer testen Om de indicatie-LED van het brandmeldpaneel en de interne zoemer te testen drukt u de knop Test in en houdt u deze drie seconden of langer ingedrukt. De test wordt als volgt aangegeven: • • • De algemene indicatie-LED Storing en de indicatie-LED Storing systeem knipperen.
Opmerking: De functionaliteit van signaalgevers wordt door uw systeemconfiguratieinstellingen bepaald. U kunt de signaalgevers zodanig instellen dat gestopte signaalgevers automatisch opnieuw worden gestart als er een andere brandalarmgebeurtenis wordt gedetecteerd. Neem contact op met de installateur van uw brandmeldpaneel of uw onderhoudsbedrijf om uw configuratiegegevens te bevestigen.
Wanneer een alarm in een groep die wordt getest, wordt geactiveerd: • Afhankelijk van de alarmbron branden de algemene indicatie-LED Brand en de indicatie-LED Groepsalarm continu of ze knipperen. • De doormeldingsfunctie en andere groepsafhankelijke functies worden niet geactiveerd. • Tenzij ander geconfigureerd, worden de signaalgevers vijf seconden lang geactiveerd en brandt de indicatie-LED Signaalgever aan/stop continu (zie opmerking).
• De signaalgever laat gedurende de test een hoorbaar testsignaal (drie seconden aan, vijf seconden uit) klinken waarbij geen gebruik wordt gemaakt van een geconfigureerde vertraging. Om de test te beëindigen drukt u op de knop Algemene test en vervolgens nog een keer op de knop Signaalgever aan/stop. Als er een brandalarm afgaat, sluit het brandmeldpaneel de test af en reageert het zoals in de configuratieinstellingen is vastgelegd op het alarm.
Doormeldingsfunctie uitschakelen of uitgeschakelde doormeldingsfunctie inschakelen Om de doormeldingsfunctie uit te schakelen drukt u op de algemene knop Gedeelte uit en vervolgens op de knop Doormelding aan. Uit bedrjif genomen doormeldingen worden als volgt aangegeven: • • De algemene indicatie-LED Gedeelte uit brandt continu. De indicatie-LED Doormelding Storing/Uit/Test brandt continu.
Onderhoud Voer de volgende onderhoudstaken uit om ervoor te zorgen dat uw brandmeldpaneel correct functioneert en voldoet aan alle vereiste Europese regelgeving. Let op: Zorg voordat u tests uitvoert ervoor dat de doormeldingsfunctie (indien geconfigureerd) uitgeschakeld is of dat de brandweer van de tests op de hoogte is gesteld. Driemaandelijks onderhoud Neem contact op met uw installatie- of onderhoudsbedrijf om een driemaandelijkse controle van het brandmeldpaneel uit te voeren.
Productconformiteit Europese normen voor besturings- en brandmeldapparatuur Deze brandmeldpanelen zijn ontworpen volgens de Europese normen EN 54-2, EN 54-4, BS 5839-1, NBN S21-100, en NEN 2535. Daarnaast voldoen alle modellen aan de volgende optionele eisen uit de norm EN 54-2: Optie Beschrijving 7.8 Uitgang naar brandalarmapparaten Let op: ingangen en uitgangen op de optioneele 2010-1-SB uitbreiding I/O print, voldoen niet aan de optioneele voorzieningen van EN 54-2 clausule 7.
20 1X-F-serie Bedieningshandleiding