Operation Manual

9•2 Referentie Handleiding
9•2 Referentie Handleiding
UNDO (F2)
Wanneer deze parameter is gekozen (wordt dan
in “negatief” afgebeeld) is de UNDO functie werk-
zaam. Undo annuleert de laatst gedane hande-
ling of een serie handelingen. Deze functie ge-
bruikt exact evenveel RAM geheugen als de
Style. Wanneer er te weinig RAM geheugen meer
beschikbaar is, is het een goed idee om UNDO
uit te zetten.
Druk op de UNDO knop om de gewenste Undo
handeling uit te voeren.
UNDO
Wanneer UNDO aan staat wordt u gevraagd de
handeling met ENTER te bevestigen of te annu-
leren met ESCAPE.
Wanneer UNDO uit staat verschijnt de volgende
boodschap wanneer u op UNDO drukt:
Druk op ESCAPE om het scherm te sluiten en
herhaal de handeling nu met UNDO aktief.
STYLE NAME (F8)
Verandert de naam van de Style. Dit kan alleen
bij USER Styles omdat de namen van de ROM
Styles niet veranderd kunnen worden.
De methode hoe u de karakters kunt invoeren
wordt beschreven in het hoofdstuk «Data Invoe-
ren». U kunt de cursor bewegen met de cursor
toetsen of de DIAL. Voer de karakters met de
toetsen van het klavier in.
«EMPTY TRACK» INDICATIE - NOTEN
AANWEZIG IN DE TRACK
De aanwezigheid van noten in een track wordt
met het seq-play icoon aangeduid:
In play mode geeft deze status icoon aan dat er
noten aanwezig zijn in tenminste één riff. Wan-
neer de huidige track van de riff geen noten be-
vat wordt de boodschap «empty track» onder aan
de pagina afgebeeld:
In opname mode worden de taken direct op een
riff uitgevoerd en geeft het icoon de aanwezig-
heid van noten in de track en in de riff die wordt
opgenomen aan.
UNDO (F2)
Wanneer deze parameter is gekozen (wordt dan
in “negatief” afgebeeld) is de UNDO functie werk-
zaam. Undo annuleert de laatst gedane hande-
ling of een serie handelingen. Deze functie ge-
bruikt exact evenveel RAM geheugen als de
Style. Wanneer er te weinig RAM geheugen meer
beschikbaar is, is het een goed idee om UNDO
uit te zetten.
Druk op de UNDO knop om de gewenste Undo
handeling uit te voeren.
UNDO
Wanneer UNDO aan staat wordt u gevraagd de
handeling met ENTER te bevestigen of te annu-
leren met ESCAPE.
Wanneer UNDO uit staat verschijnt de volgende
boodschap wanneer u op UNDO drukt:
Druk op ESCAPE om het scherm te sluiten en
herhaal de handeling nu met UNDO aktief.
STYLE NAME (F8)
Verandert de naam van de Style. Dit kan alleen
bij USER Styles omdat de namen van de ROM
Styles niet veranderd kunnen worden.
De methode hoe u de karakters kunt invoeren
wordt beschreven in het hoofdstuk «Data Invoe-
ren». U kunt de cursor bewegen met de cursor
toetsen of de DIAL. Voer de karakters met de
toetsen van het klavier in.
«EMPTY TRACK» INDICATIE - NOTEN
AANWEZIG IN DE TRACK
De aanwezigheid van noten in een track wordt
met het seq-play icoon aangeduid:
In play mode geeft deze status icoon aan dat er
noten aanwezig zijn in tenminste één riff. Wan-
neer de huidige track van de riff geen noten be-
vat wordt de boodschap «empty track» onder aan
de pagina afgebeeld:
In opname mode worden de taken direct op een
riff uitgevoerd en geeft het icoon de aanwezig-
heid van noten in de track en in de riff die wordt
opgenomen aan.