Operation Manual

42
492680
Eten Geleider
(van onderen)
Temperatuur Baktijd
(min.)
FRUIT
Aardbeien 2 180 20-30
Fruit met pit 2 180 25-40
Appelmoes 2 180 25-40
GROENTE
Augurken 2 180 25-40
Bonen/worteltjes 2 180 25-40
INMAAK
Kook het eten in potten zoals gebruikelijk. Gebruik potten met een rubberen ring en
glazen deksel. Gebruik geen potten met schroefdeksel of metalen deksels en conserven.
De potten dienen van dezelfde grootte te zijn, dezelfde inhoud te hebben en goed
gesloten te zijn.
Doe in de diepe bakschaal 1 liter heet water (cca. 70 °C) en zet daarin 6 potten. Doe de
bakschaal op de 2e geleider.
Controleer tijdens het inmaken de inhoud van de potten, totdat de vloeistof in de potten
niet begint te koken – tot er zich luchtbelletjes vormen in de eerste pot.
ONDERSTE ELEMENT EN VENTILATOR
Wordt gebruikt voor laagrijzend gebak en
het inmaken van fruit en groente. Gebruik
de 2e geleider van onderen en niet te hoge
modellen, zodat de lucht gemakkelijk kan
circuleren ook langs de bovenkant van het
gerecht.
2