Operation Manual

GMC-I Messtechnik GmbH 47
12
Meten van laagohmige weerstanden tot 200 ohm
(aardleidingen en potentiaalvereffeningsleidingen)
De meting van laagohmige weerstanden van aardleidingen, aard-
geleiders of potentiaalvereffeningsleidingen moet volgens de
voorschriften worden verricht met (automatische) ompoling van
de meetspanning of met stroomloop in de ene (+ Pol naar PE) en
in de andere richting (– Pol naar PE).
Let op!
!
Laagohmige weerstanden kunnen alleen op spannings-
vrije objecten worden gemeten.
Meetfunctie kiezen
Aansluiting
alleen met een 2-polige
adapter!
Parameter instellen
q ROFFSET ON/OFF
– In aanmerking nemen van meetleidingen tot 10 Ω
Bij het gebruik van meetleidingen of verlengingsleidingen kan hun
ohmse weerstand automatisch worden afgetrokken van het
meetresultaat.
Ga hiervoor als volgt te werk:
Zet ROFFSET van OFF naar ON. „ROFFSET = 0.00 Ω“ wordt in de
voettekst in beeld gebracht.
Kies een polariteit of kies voor automatische ompoling.
Veroorzaak een kortsluiting met het einde van de verlengde
meetleiding en de tweede meetpen van de tester.
Start de meting van de offsetweersrand met I
ΔN
.
Allereerst weerklinkt er een interval waar-
schuwingssignaal en verschijnt er een knippe-
rende instructie in beeld om te voorkomen dat
een reeds opgeslagen offsetwaarde per ver-
gissing wordt gewist.
Start de offsetmeting door nogmaals op
de activeringsknop te drukken of annu-
leer ze met een druk op de
knop
t
ON/
START
(in dit geval = ESC).
Opmerking
Als de offsetmeting wordt gestopt door een fout-popup
(Roffset > 10 Ω resp. verschil tussen RLO+ en RLO–
groter dan 10%), dan blijft de voor het laatst gemeten off-
setwaarde behouden. Hiermee is het vrijwel onmogelijk
dat de eenmaal berekende offsetwaarde per vergissing
wordt gewist! In het andere geval wordt telkens de klein-
ste waarde als offsetwaarde bewaard. De maximale off-
set bedraagt 10,0 Ω. Door de offset kunnen negatieve
weerstandswaarden ontstaan.
ROFFSET meten
In de voettekst van het display verschijnt nu de melding ROFFSET
x.xxΩ. Hierbij staat x.xx voor een waarde tussen 0,00 en 10,0 Ω.
Deze waarde wordt nu bij alle volgende R
LO
-metingen afgetrok-
ken van het eigenlijke meetresultaat, als u de softkeyknop R
OFFSET
ON/OFF op ON heeft geschakeld.
R
OFFSET moet in de volgende gevallen opnieuw worden bepaald:
bij het wisselen tussen de polariteiten
na het omschakelen van ON naar OFF en terug.
U kunt de offsetwaarde bewust wissen door ROFFSET van OFF
op ON te schakelen.
Opmerking
Gebruik deze functie uitsluitend als u met verlengingslei-
dingen werkt.
Bij het gebruik van verschillende verlengingsleidingen,
moet de voordien beschreven procedure in principe wor-
den herhaald.
q Type / polariteit
Hier kan de richting van de stroomloop worden ingesteld.
q Limieten – Instellen van de grenswaarde
Hier kunt u de grenswaarde van de weerstand instellen Als er
meetwaarden boven deze grenswaarde optreden, dan brandt de
rode LED U
L
/R
L
. Er kunnen grenswaarden worden gekozen tus-
sen 0,10 Ω en 10,0 Ω (editeerbaar). De grenswaarde verschijnt
boven de meetwaarde in beeld.
R
LO
ROFFSET: ON OFF
Polariteit:
+/- ten opzichte van PE
Limiet / grenswaarde:
R
LO
> Limiet / grenswaarde
U
L
R
L