Operation Manual

Volgorde van de geluidssignalen:
30 s voor nul: 3-voudige toon, elke 2 seconden enkele toon
20 s voor nul: 2-voudige toon, elke 2 seconden enkele toon
10 s voor nul: Enkele toon, elke seconde enkele toon
5 s voor nul: Iedere seconde met verhoogde frequentie
nul: Verlengd geluidssignaal en omspringen van de aanduiding naar inverse weergave
Het terugzetten van de “alarmtimer” vindt plaats door het gelijktijdige indrukken van de toetsen ▲▼ of ◄► van
de rechter vier-weg-toets (CLEAR) bij een gestopte klok.
Aanwijzing:
Een teruglopende klok wordt in de basisaanduiding door een knipperende dubbele punt tussen het minuten- en
secondenveld aangeduid.
Fase 2 en fase 3
Zolang u aan geen van de fasen 2 of 3 een schakelaar heeft toegewezen bevindt u zich automatisch in vliegfase
1 “normaal”. Zowel het nummer als de naam van deze vliegfase zijn standaard als “normaal” ingesteld en kunnen
niet worden veranderd, zodat de fase “normaal” niet als fase 1 zichtbaar is, maar verborgen blijft:
staart normaal
rolr./welfkl 2RO
klokken 10: 01 3
fase 2 start -----
fase 3 speed -----
Verder wijzen we er nog op dat aan de ene vliegfase prioriteit boven de andere heeft, wat vooral belangrijk is bij
het toewijzen van de schakelaars. Het schema hierachter is als volgt:
Zijn alle eventueel toegewezen vliegfase-schakelaars gesloten of open, dan is de fase “normaal” actief.
Is er maar één schakelaar gesloten, dan is die vliegfase actief, die aan de actueel gesloten schakelaar
werd toegewezen.
Zijn er twee schakelaars gesloten, dan is de vliegfase met het laagste fasenummer actief. Dus fase 2,
wanneer ook de aan fase 3 toegewezen schakelaars gesloten is.
Eventueel moet daarom de toewijzing van de vliegfasen aan de vliegfasennamen aan de eigen eisen
worden aangepast, zie hieronder.
Aan de servokant vindt de omschakeling niet “hard” plaats, maar met een standaard omschakeltijd van
ca. 1 seconde.
Programmering
Na keuze van “fase 2” of “fase 3” met de pijltoetsen ▲▼ van de linker of rechter vier-weg-toets wordt het veld
“naam” van de desbetreffende vliegfase omkaderd.
Wanneer u de naam van de fase niet passend vindt, drukt u de centrale SET-toets van de rechter vier-weg-toets
in. De actuele instelling wordt invers weergegeven. Kies nu met de pijltoetsen van de rechter vier-weg-toets uit de
lijst met beschikbare namen een passende naam. Door indrukken van de SET-toets beëindigt u de invoer weer.
Wissel nu met de toets van de linker of rechter vier-weg-toets naar de kolom rechtsonder met het
schakelaarsymbool en druk kort de centrale SET-toets in. Wijs nu, zoals beschreven op bladzijde 48 beschreven,
aan de desbetreffende fase een schakelaar toe. Het beste is hier om, uitgaande van de middenpositie, één van
de beide driestanden-schakelaars SW 4/5 of SW 6/7 te nemen.
Meer over de betekenis van vliegfasen en de programmering ervan vindt u op bladzijde 95 en verder, onderdeel
“fasentrim”.
Ontvangeruitgang
Om een maximale flexibiliteit m.b.t. de ontvangerbezetting te hebben, biedt het programma van de MX-12 HoTT
op de tweede pagina van het ondermenu “ontvangeruitgang” de mogelijkheid om de servo-uitgangen 1 tot
maximaal 8 naar eigen inzicht te verwisselen.
staart normaal
klokken 10: 01 3
fase 2 start 7
fase 3 speed 6
ontv.uitg. =>
Door een indrukken van de centrale SET-toets van de rechter vier-weg-toets wisselt u naar de volgende
displaypagina. Hier kunt u nu de 6 “stuurkanalen” van de zender naar eigen inzicht aan de ontvangeruitgangen
resp. servo-stekkerplaatsen 1 … 6 toewijzen. Let er wel op, dat de weergave in “servo-aanduiding”die u
vanuit bijna elke menupositie kunt bereiken door de toetsen en van de linker vier-weg-toets tegelijkertijd in