User manual

Gebruik van uw Compact- Tester
8
Inleggen van de batterij
1. Om redenen van veiligheid moet het apparaat altijd eerst van de leiding
losgekoppeld worden, voor u het deksel van het batterijvak verwijdert.
2. Schuif de hoofd- modusschakelaar op “OFF” -”UIT”.
3. Draai de onverliesbare schroef (afb. 1) in het deksel los en duw het
deksel met behulp van een schroevendraaier voorzichtig omhoog
(afb. 2).
4. Sluit een krachtige 9V alkaline batterij aan op de klem (afb. 3). In de
“UIT”- modus wordt de capaciteit van de batterij niet gebruikt.
5. Plaats het deksel weer terug, waarbij u zich ervan overtuigt dat de twee
lipjes zich op de juiste plaats bevinden (afb. 4). Draai dan de onverlies-
bare schroef van het deksel weer aan. De functie “klaar voor gebruik
ook bij uitgeputte batterij” betekent, dat u, zelfs als er geen batterij
geplaatst is, oproepen kunt doen of opgeroepen kunt worden.
Aansluiten van de kabels
Steek de RJ11- aansluitstekker er in en zeker het uitzetting-
ontlastingsmechanisme.
Hi-Z active monitormodus (MON)
De hoogohmige monitormodus maakt het de gebruiker mogelijk de
toestand en het verkeer op de leiding door beluisteren te beoordelen,
zonder het verkeer te onderbreken. Er wordt weinig lusstroom verbruikt
en de wisselstroomimpedantie is hoog.
6. Schuif de hoofd- modusschakelaar op “MON”. (Als het apparaat niet
binnen vijf minuten wordt aangesloten op een door stroom gevoede
leiding, wordt de tester automatisch uitgeschakeld).
7. Bevestig met behulp van de krokodilklem de RODE kabel op
schakelingtak “B” en de zwarte kabel op schakelingtak “A”.
8. Luister. Als er verkeer op de leiding is, kunt u dat horen. Als u een
duidelijk 50 Hz/ 60 Hz gezoem hoort, moet u voorzichtig zijn! - Het
zou netstroom kunnen zijn! Als er een gesis te horen is, zou het om
digitaal verkeer kunnen gaan.
9