Instructions

NL
50
Montage-instructies
Trek vóór alle werkzaamheden
aan het apparaat de netstekker
uit en wacht de stilstand van de
draad af. Er bestaat gevaar voor
een elektrische schok en gevaar
voor verwondingen door de
snijddraad.
Gebruik uitsluitend originele on-
derdelen en let bij de montage
op de draadsnijder. Gevaar voor
verwondingen!
Beschermende afdekking
monteren:
1. Schuif de beschermkap (12) op
de motorkop (11).
2. Beveilig de beschermende af-
dekking met twee van de mee-
geleverde schroeven.
Afstandsrol monteren:
3. Plaats de afstandsrol (15) op de
motorkop (11).
4. Beveilig de afstandsrol met twee
van de meegeleverde schroe-
ven.
Extra handgreep monteren:
5. Trek de uitenden van de extra
handgreep (5) uit elkaar en
schuif ze over de handgreepop-
name (19).
6. Schroef de extra handgreep
vast.
Bediening
Opgelet: gevaar voor verwon-
dingen! Gebruik het apparaat
niet zonder beschermingskast.
Kontroleer steeds voor ge-
bruik of het apparaat optimaal
functioneert. Let er op dat de
netspanning overeenkomt met
het typelabel op het apparaat.
Draag steeds oogbescherming
als u met de apparaat werkt.
Let op geluidsoverlast en plaatse-
lijke voorschriften.
Aan- en uitschakelen
1. Vorm uit het uiteinde van het verleng-
snoer een lus, breng deze door de
opening aan de bovenste handgreep
(2) en haak ze in de trekontlasting (4)
vast.
2. Sluit het apparaat aan op de netspan-
ning.
3. Zorg voor een stabiele houding en
houdt het apparaat met beide handen
goed vast. Zet de snijdkop niet op de
grond.
4. Om in te schakelen, activeert u de met
de duim de inschakelblokkering (3a)
en u drukt u dan de schakelaar “Aan/
uit” (3b) in. Laat de inschakelblokke-
ring terug los.
Om uit te schakelen, laat u de schake-
laar “Aan/uit” (3b) los. Een schakeling
bij continue werking is niet mogelijk.
Na uitschakeling van het apparaat
draait de snijdkop nog enkele
sekonden door.
De schakelaar “Aan/uit” mag
niet vergrendeld worden. Indien
de schakelaar beschadigd is,
mag er met de machine niet
meer gewerkt worden. Gevaar
voor verwondingen als na het
loslaten van de schakelaar “Aan/
uit” de motor niet uitschakelt.