User manual

Afbeelding 8
3.4 Installatie
De McGuard kan in een standaard inbouwdoos (40 mm diep) worden
ingebouwd. Een schakelaar kan door de McGuard worden vervangen (zie
afbeelding 8).
3.4.1 Inbouwmontage met inbouwdoos
3.4.1.1 Demonteer de kunststof lijst en de frontafdekking van de sensor.
3.4.1.2 Schroef de klemmen los en sluit de leidingen aan, zoals beschreven
op de afbeeldingen 5 - 7. Strip de draden 6-8 mm (zie afbeelding 9).
McGuard-sensor
Schakelaar
Afbeelding 9
3.4.1.3 Schroef de aansluitklemmen vast.
3.4.1.4 Schuif de aangesloten sensor in de inbouwdoos en schroef deze
vast (zie afbeelding 10-A).
3.4.1.5 Steek de adapter en de binnenste bevestigingslijst in de decoratieve
lijst (zie afbeelding 10-B). Plaats dan de decoratieve lijst op de
sensor en schroef deze vast. Bevestig de frontafdekking (zie
afbeelding 10-C tot 10-E).
Afbeelding 10-A
Decoratieve lijst
Adapter
Afdekking
Apparaat-
houder
Afbeelding 10-B
Afbeelding 10-C
Afbeelding 10-D
Afbeelding 10-E
Front
afdekking
Afbeelding 10-F
Montage-instructie
Demontage-instructie
3.5 Demonteren van de kunststof lijst
Om de bevestigde kunststof lijst te verwijderen, dient u de instructies op de
afbeeldingen 10A tot 10C en 11 te volgen. Gebruik een passende
schroevendraaier.
4 BEDRIJF
4.1 Openen van de frontafdekking
4.1.1 Open de afdekking boven en onder de lens. Men kan dan de
schuifschakelaar en de knoppen zien (zie afbeelding 11 en 12). Stel
deze naar wens in.
Afbeelding 11 Afbeelding 12
4.1.2 Functies van de schuifschakelaar (zie afbeelding 13)
AUTO: Als u de schakelaar in het midden schuift, werkt de sensor in de
Auto-modus.
ON : Als u de schakelaar naar links in de ON-stand schuift, is de ON
-modus geactiveerd. De last is dan voor 4 uur aan, de led knippert
(1 s aan, 5 s uit). Dan schakelt de sensor weer om naar de Auto
-modus. Ook als de schakelaar op ON staat, werkt de sensor na
een stroomonderbreking weer in de Auto-modus.
OFF : OFF : Als u de schakelaar naar rechts in de OFF-stand schuift,
werkt de sensor in de OFF-modus. Het licht blijft permanent uit.
4.1.3 Monteer na het instellen de afdekking weer.
4.1 Instelling van de knoppen voor tijd, lux en mic.
Knop Functie Instellingen
Instelling
akoestische
sensor
Instelling van
de helderheid
voor
inschakelen
van het licht
Bereik: Instelbaar van ca. 10 lux tot
„ “ ().
Learn: Het actuele omgevingslicht (10 lux -
2000 lux) kan worden ingelezen.
Zeit : Instelbaar van ca. 10 s tot 30 min, test
en
Test : Looptest (de last en rode led zijn 2 s
aan, 2 s uit)
: Korte impuls voor schakelaar
-verlichting (de last is 1 s aan, 9 s uit).
trappenhuis
1s
OPMERKING
Let erop dat de schuifschakelaar tijdens de instellingen in de stand AUTO
staat.
Instelling van
de
uitschakelvertr
aging voor het
licht
1s
‘+’ : Akoestische sensor met maximale
gevoeligheid.
‘-’ : Akoestische sensor uitgeschakeld.
4.2.1 Zet de knop op , wanneer het omgevingslicht de gewenste
helderheid heeft (zie afbeelding 14-A).
4.2.2 Indien de knop al op staat, moet hij langer dan 1 s in een andere
stand worden gedraaid en vervolgens weer op worden gezet
(zie afbeelding 14-B).
4.2.3 Dan is de last uit. De led begint langzaam te knipperen en geeft
daarmee aan dat de Learn-modus ingeschakeld is. Het aanleren duurt
25 seconden. Daarna zijn de last en led 5 s lang aan of knippert de
led 5 s snel, terwijl de last uit is, om het succesvolle aanleren te
melden (zie afbeelding 16-C).
4.2.4 Na het aanleerproces schakelt de sensor om naar de Auto-modus; led
en last zijn uit.
4.3 Lux Learn-functie met knop
Aanleerproces
Afbeelding 13
Zet de knop vanuit een
andere stand op ‘ ’ en
Zet de knop in een andere
stand dan ‘ ’.
na 1 s weer op ‘ ’.
Afbeelding 14-A
Afbeelding 14-B
De led knippert 25 s langzaam
en de last is uit.
Led en last blijven 5 s lang
aan (de actuele helderheid is
10 - 2000 lux).
De led knippert 5 s snel en de last
is uit (de actuele helderheid
bevindt zich buiten het bereik van
10 - 2000 lux).
Led en last zijn uit.
De sensor schakelt om naar de Auto-modus
(afbeelding 14-C).
- Indien de actuele helderheid zich buiten het bereik van 10 - 2000 lux
bevindt, leert de sensor gedurende 25 s. Daarna knippert de rode led 5 s
snel. Indien de actuele helderheid minder dan 10 lux bedraagt, wordt de
waarde op 10 lux ingesteld. Indien de helderheid meer dan 2000 lux is,
wordt deze niet in aanmerking genomen.
- Om de sensor in de aanleermodus niet te beïnvloeden, dient de monteur
op voldoende afstand van de sensor te blijven.
OPMERKING
4.4 Gebruik van de lensafdekking
De bijgeleverde lensafdekkingen worden gebruikt om het detectiebereik te
beperken. Met het aantal stickers kunnen verschillende afdekkingen worden
bereikt. De sensor is bijvoorbeeld op een hoogte van 1,2 m aangebracht.
Het detectiebereik is zoals op afbeelding 15 beschreven.