User manual
NEDERLANDS
11
Alarm met radiozender
1 Druk op »RADIO ON« om het
apparaat in te schakelen.
2 Stel de frequentiebans in met
»FM MW«.
3 Een radiozender zoeken en erop
afstemmen met behulp van de knop
»- TUNING +«.
4 Stel het gewenste alarmvolume in
met »+ VOLUME -«.
5 Stel het radioalarm (» «) in met
» «.
– Het apparaat schakelt de radio
op een vooraf ingestelde tijd in
(duurtijd alarm 59 minuten).
Alarm met signaaltoon
1 Stel het signaalalarm (» «) in met
» «.
– Het apparaat wordt ingescha-
keld op de ingestelde alarmtijd
en de signaaltoon wordt weer-
gegeven (duurtijd alarm 59 mi-
nuten).
Alarm onderbreken
1 Druk op »SNOOZE« terwijl het
alarm nog loopt.
– Het alarm (signaal of radio)
stopt.
– Het alarm begint opnieuw na
6 minuten (duurtijd alarm 59
minuten).
WERKING _______________________________________
Alarm voor deze dag
beëindigen
1 Tijdens het alarm drukt u op » «.
– Het alarm (signaal of radio)
stopt, maar de alarmfunctie
blijft met de ingestelde tijd voor
de volgende dag behouden.
Alarmstand-by functie beëin-
digen/activeren
1 Schakel » « op » AL OFF «
om de alarmfunctie definitief uit te
schakelen.
– Display: De leds »AL 1« en »AL
2« gaan uit.
– De ingestelde alarmtijden blij-
ven behouden.
2 Om de alarmfunctie te activeren,
schakelt u » « van
»AL OFF« (stand-by) naar » «
of » «.
– Display: De leds »AL 1« en
»AL 2« branden.