Operation Manual

NEDERLANDS
78
Favorietenlijsten aanmaken
U kunt uw favoriete zenders selecteren en opsla-
gen in vier favorietenlijsten (Fav 1 tot Fav 4).
1 In het menu »PROGR. BEWERK.« schakelt u
over op de lijstweergave met »

« (geel).
2
Kies de gewenste zender met »
V
« of »
Λ
«.
3 Gebruik »
<
« of »
>
« om de zender in een
van de favorietenlijsten 1 tot 4 te ”duwen" en
druk op
»OK«
om te bevestigen.
De positie in de favorietenlijst wordt
aangegeven met »«
U kunt dezelfde zender aan meer dan één
favorietenlijst toevoegen.
Elke favorietenlijst biedt plaats voor 255
zenders.
Opmerking:
7
Zenders kunnen ook uit de favorietenlijsten
worden gewist. Kies
de
zender die gewist
moet worden met »
V
«, »
Λ
«, »
<
« of »
>
«
en
verwijder deze met
»OK«
.
Het instellingenmenu verlaten
1 Druk op »MENU« om instellingen te verlaten.
SPECIALE INSTELLINGEN
------------------------------------------------------------------------------------
Zendernamen invoeren (maximaal
8 tekens)
1 In het menu »PROGR. BEWERK.« kiest u de
televisiezender met »
V
«, »
Λ
«, »
<
« of »
>
«
en druk op »
« (red) om te bevestigen.
2 Open het invoertoetsenbord met »

«
(green).
Opmerking:
7
Indien nodig verwijdert u de huidige
zendernaam. Kies hiervoor de
knop »
« met »
<
« of »
>
« en verwijder
door herhaardelijk op
»OK«
te drukken.
3 Selecteer de gewenste letters of nummers met
»
V
«, »
Λ
«, »
<
« of »
>
« en bevestig met
»OK«
.
Herhaal de invoer voor verdere letters/num-
mers.
Opmerking:
7
Gebruik de knop »ABC« om naar
hoofdletters om te schakelen en gebruik
de knop »?@123« om naar symbolen en
nummers om te schakelen.
4 Sla de zendernaam op met »
V
«, »
Λ
«, »
<
«
of »
>
« om »Indienen« te kiezen en bevestig
met
»OK«
.
Opmerking:
7
Als u andere zendernamen wilt invoeren,
herhaalt u de stappen 1 tot en met 4.
Televisiezenders overslaan
U kunt televisiezenders die u wilt overslaan bij het
zappen markeren met »
Λ
« of »
V
«. -U kunt de zend-
ers nog steeds selecteren met de nummertoetsen.
1 In het menu »PROGR. BEWERK.« schakelt u
over op de lijstweergave met »

« (geel).
2 Kies de gewenste zender met »
V
« of »
Λ
«.
3 Kies de kolom »Overslaan« met »
<
« of »
>
«
en gebruik
»OK«
om de zender te markeren.
– De zender wordt gemarkeerd met »«.
Opmerking:
7
Zenders kunnen ook weer worden geac-
tiveerd. Kies de zender met »
V
« of »
Λ
«,
selecteer vervolgens de kolom »Overslaan«
en activeer de zender opnieuw met
»OK«
.