Operation Manual

48
NEDERLANDS
NL
3. Zorg voor een veilig opbergen van werktuigen.
Werktuigen, die niet worden gebruikt, moeten op een
droge, mogelijk hoog gelegen plaats bewaard of, indien
mogelijk, ontoegankelijk opgesloten worden.
4. Gebruik voor ieder werk altijd het juiste werktuig.
Gebruik bijv. geen kleine werktuigen of onderdelen
voor werkzaamheden die in principe met zwaar-
dere werktuigen verricht moeten worden. Gebruik
w
erktuigen uitsluitend voor doelen waarvoor deze zijn
gebouwd.
5. Let op geschikte kleding. De kleding moet doel-
matig zijn en mag bij het werken niet hinderen. Draag
geen sjaals
, halskettingen of andere loshangende
accessoires. Lange haren samenbinden.
6. Draag een gehoorbeschermer, mondkapje, be-
scherming voor de ogen en vast schoeisel. Draag een
persoonlijke bescher
ming tegen lawaai, bijv. gehoorbe-
schermers, stofkapje, veiligheidsbril en veiligheidsscho-
enen met antislipzolen.
7. Transport van de bladzuiger. Beveilig het apparaat
tegen omvallen, beschadiging en lekken van brandstof.
8. Verwijder steeksleutels enz. Alle sleutels e.d.
moeten verwijderd worden voordat de bladzuiger
aangezet wordt.
9. Blijf altijd attent. Let op wat u doet. Gebruik uw
gezonde verstand. Gebruik geen motorwerktuigen in
geval van vermoeidheid. Onder invloed van alcohol,
drugs of medicijnen, die het reactievermogen bena
-
delen, mag met de bladzuiger niet gewerkt worden.
Opgelet! GEVAAR!
Benzine is zeer ontvlambaar:
Bewaar de brandstof uitsluitend in de hiervoor
goedgekeurde jerrycans, op een veilige plaats
en uit de buurt van warmtebronnen en open
vuur.
Bij omgaan met brandstof niet roken.
Brandstof enkel buiten, m.b.v. de meegele
-
verde brandstoes of m.b.v. een trechter,
na
vullen.
Brandstof moet voor het starten van de motor
aangevuld worden. Indien de motor loopt of
heet is, mag de tankdop niet geopend worden,
resp. geen brandstof aangevuld worden.
De machine niet op de vulplaats starten – er
kunnen benzineresten of dampen aanwezig
zijn die een brand veroorzaken.
10. Vullen van brandstof. Voor het vullen altijd de
motor afzetten. Open de tanksluiting altijd voorzichtig
zodat een overdruk zich langzaam kan afbouwen en
geen brandstof kan uitspuiten. Door de werkzaamhe-
den met de bladzuiger ontstaan hoge temperaturen
aan het huis
. Laat daarom de bladzuiger voor het
vullen afkoelen. De brandstof kan ontbranden en tot
zware verbrandingen leiden. Bij het vullen met
brandstof moet er op gelet worden dat niet te veel
wordt gevuld. Indien de vloeistof er naast loopt, moet
deze onmiddellijk verwijderd worden en het apparaat
schoon gemaakt worden. Let na het vullen op een
goede zitting van de sluitschroef om het losraken door
vibraties bij het werken te verhinderen.
11. Gebruiksduur en pauze. Een langdurig gebruik
kan, wegens trillingen van het motorapparaat, storin-
gen in de doorbloeding van de handen veroorzaken.
D
e gebruiksduur kan door geschikte handschoenen of
regelmatige pauze verlengd worden. Let er op dat een
persoonlijke aanleg tot slechte doorbloeding, lage bui-
tentemperaturen of grote greepkrachten bij het werken
de gebruiksduur beperken.
12. Let op beschadigde delen. Onderzoek het werk-
tuig voordat u dit gaat gebruiken.
Zijn afzonderlijke
delen beschadigd? Als afzonderlijke delen beschadigd
zijn vraagt u zich dan bij kleine beschadigingen serieus
af of het werktuig toch nog perfect kan functioneren.
Let op correcte montage en instelling van beweegbare
onderdelen. Passen de onderdelen juist in elkaar? Zijn
onderdelen beschadigd? Is alles correct geïnstalleerd?
Kloppen alle overige veronderstellingen voor een
perfecte functie?
Beschadigde beveiligingsinrichtingen enz. moe-
ten door geautoriseerde personen naar behoren
ger
epareerd of vervangen worden voor zover in de
gebruiksaanwijzing niet anders is aangegeven. Defecte
schakelaars moeten bij een geautoriseerde reparateur
vervangen worden. Bij voorkomende reparaties kunt u
zich tot een plaatselijk servicecentrum wenden.
13. Zet de motor altijd stil voordat met instellingen
of onderhoudswerkzaamheden wordt begonnen.
Het geldt vooral voor het omzetten van zuig- op
blaasfunctie.
14. Gebruik uitsluitend goedgekeurde onderdelen.
Gebruik bij onderhoud en reparaties identieke reser
-
veonderdelen.
Wendt u zich voor onderdelen tot een
ocieel servicecentrum.
Waarschuwing! Het gebruik van andere onderdelen en
aanbouwdelen, die niet uitgesproken aanbevolen zijn,
kan bedreiging van personen en objecten tot gevolg
hebben.
Het werktuig mag slechts voor het voorziene doel
gebruikt worden. Alles, wat aan het doel wordt
onttrokken, wordt als verkeerd gebruik beschouwd.
Voor materiële schade en schade aan personen, die
als gevolg van dergelijk verkeerd gebruik ontstaat, is
alleen de gebruiker verantwoordelijk, in geen geval de
producent.