Operation Manual

24
5. Wanneer de twee ingevoerde codes identiek zijn, hoort u een
bevestigingssignaal en wordt de nieuwe PIN opgeslagen.
Babyfoon
Wanneer de functie "babyfoon" geactiveerd wordt, volstaat het één keer op
een willekeurige toets van de handset te drukken (met uitzondering van de
toets MENU), om een automatische telefoonoproep te starten naar een
vooraf geprogrammeerd nummer. Staat de babyfoon geactiveerd, dan is
een noodoproep niet meer mogelijk, behalve wanneer u het noodoproep-
nummer geprogrammeerd heeft als babyfoonnummer. Bovendien is een
normale oproep ook niet mogelijk, zolang de babyfoon geactiveerd is.
1. Druk op de toets MENU, en dan drie keer op de toets omlaag. Op het
scherm verschijnt "INSTELLEN". Bevestig met OK, op het scherm
verschijnt "HANDSET INSTELLEN".
2. Druk op OK en dan zes keer omlaag, op het scherm verschijnt
"BABYFOON". Bevestig met OK en gebruik de toetsen omlaag /
omhoog om AAN of UIT in te stellen.
3. Om uw keuze op te slaan drukt u op OK, een bevestigingssignaal klinkt
en de instelling wordt opgeslagen indien de keuze "UIT" was.
Wanneer u "AAN" gekozen heeft, en er is een nummer voorhanden in
het geheugen voor de babyfoon, dan hoort u ook de bevestigingstoon,
en wordt uw instelling opgeslagen.
4. Indien u echter "AAN" gekozen heeft, en in het geheugen voor de
babyfooon heeft u geen nummer geprogrammeerd, dan krijgt u nu de
vraag dat te doen: "BABYFOONNR INVOEREN". Voer het gewenste
telefoonnummer in en bevestig met de OK-toets. Een bevestigingstoon
klinkt, en op het scherm verschijnt "BABYFOON".
5. Om het opgeslagen nummer voor de babyfoon te wijzigen of te wissen
gaat u te werk als beschreven in punt 1. hierboven. U drukt op OK en
dan acht keer omlaag, op het scherm verschijnt "BABYFOON
NUMMER". Druk nog een keer op de OK-toets.
6. Het beeldscherm vraagt de invoer van het babyfoonnummer met de
tekst "BABYFOONNR INVOEREN", met het momenteel ingesteld
nummer gevolgd door een knipperende cursor. Staat er nog geen
nummer in het geheugen, dan ziet u enkel de knipperende ster. Met
behulp van de toets vegen (12) kan u de cijfers wissen die achter de
cursor staan. Met de toetsen navigatie links en rechts, kan u de cursor