Manual

41
6. Gebruik en werking
Aanwijzing
De in dit hoofdstuk beschreven functies zijn alleen mogelijk met Bluetooth
®
-
compatibele eindapparaten.
Houd er rekening mee dat het bereik van Bluetooth
®
max. 10 meter bedraagt,
zonder hindernissen zoals wanden, personen, etc.
6.1. De eerste maal een Bluetooth
®
-verbinding tot stand brengen (pairing)
(A)
Aanwijzing - pairing
Controleer of uw Bluetooth
®
-geschikte eindapparaat is ingeschakeld en of de
Bluetooth
®
-functie is geactiveerd.
Controleer of uw voor Bluetooth
®
-geschikte eindapparaat voor andere
Bluetooth
®
-apparaten zichtbaar is.
Raadpleeg hiervoor de gebruiksaanwijzing van uw eindapparaat.
Houd Power-/ontspanknop (2) ongeveer 3 seconden ingedrukt om de Bluetooth
®
-
ontspanner in te schakelen. Het led-controlelampje (1) begint te knipperen.
De Bluetooth
®
-ontspanner zoekt naar een Bluetooth
®
-verbinding.
Open op uw eindapparaat de Bluetooth
®
-instellingen en wacht
tot in de lijst van gevonden Bluetooth
®
-apparatuur hama BRS3 wordt weergegeven.
Selecteer hama BRS3 en wacht tot de Bluetooth
®
-ontspanner als "verbonden"
wordt weergegeven in de Bluetooth
®
-instellingen van uw eindapparaat. Het led-
controlelampje (1) gaat nu uit.
U kunt de Bluetooth
®
-ontspanner nu gebruiken.