MB3160-NL
INLEIDING 2 Gefeliciteerd met de aanschaf van uw nieuwe rolstoel! HandiCare Produksjon AS Kwaliteit en functionaliteit zijn sleutelwoorden bij alle Serviceboks rolstoelen in de HandiCare-lijn. 2626 Lillehammer NORWAY Emineo is een product van HandiCare Produksjon www.handicare.no AS. Onze producten worden vervaardigd in onze moderne vestiging in Lillehammer, waar we beschikken over ultramoderne productiefaciliteiten. Op die manier kunnen we het ontwerp van de rolstoelmodellen continu aanpassen.
INHOUDSOPGAVE Inleiding pagina 2 Inhoudsopgave pagina 3 Onderdelen van de rolstoel pagina 4 Montage pagina 5 Gebruik van de rolstoel pagina 6 Instellen van de rolstoel pagina 13 Heupgordel pagina 27 Veiligheid pagina 28 Veiligheid in auto’s pagina 30 Onderhoud pagina 33 Merktekens/keurmerken pagina 36 Technische specificaties pagina 37 Garantie pagina 39 Accessoires pagina 40 3
DE ONDERDELEN VAN DE ROLSTOEL Voor een beter begrip van deze gebruikershandleiding is het van belang dat u op de hoogte bent van de meest gebruikte termen bij de beschrijving van de diverse onderdelen van de rolstoel. Op de onderstaande tekening ziet u waar de desbetreffende onderdelen zich op de rolstoel bevinden. De precieze uitvoering van uw rolstoel kan iets verschillen van de uitvoering zoals getoond in Figuur 1. De rolstoel is verkrijgbaar in twee verschillende uitvoeringen: “Basic” en “One-tool”.
MONTAGE Montage Figuur 2 en 3 De standaarduitvoering wordt compleet gemonteerd geleverd.
GEBRUIK VAN DE ROLSTOEL Snelvergrendeling Figuur 4 De aandrijfwielen van de rolstoel zijn voorzien van een snelvergrendeling. Druk op de knop in het midden van het aandrijfwiel om het wiel te verwijderen of te bevestigen. Let op! Controleer of het wiel goed vast zit. Dit is het geval als de knop ongeveer 5 mm uitsteekt wanneer de wielbout volledig in de behuizing zit.
GEBRUIK VAN DE ROLSTOEL Beensteunen uitklappen/bevestigen/ verwijderen Figuur 7 en 8 De procedure bij vaste en hoekverstelbare beensteunen is identiek. De beensteunen kunnen worden in/uitgeklapt of verwijderd om de stoel eenvoudiger te kunnen vervoeren. De beensteunen kunnen worden losgemaakt door de hendel (7A) naar binnen of naar buiten te draaien en de beensteunen te draaien. Nadat de beensteun opzij is gedraaid, kan deze recht omhoog worden getild en desgewenst geheel worden weggehaald.
GEBRUIK VAN DE ROLSTOEL Gebruik van de remmen Figuur 9 U activeert de rem door de remhendel naar u toe te trekken. De rem is alleen bedoeld om de stoel op zijn plaats te houden wanneer deze stilstaat. Gebruik de rem onder geen beding tijdens het rijden. Figuur 9 8 Om zijdelingse verplaatsing te vergemakkelijken kan de remhendel worden neergeklapt. U doet dit door de remhendel naar boven te trekken en daarna neer te klappen.
GEBRUIK VAN DE ROLSTOEL Anti-kantelstabilisator/kantelstang Figuur 11 Zorg er bij gebruik van de stoel altijd voor dat u de anti-kantelstabilisator hebt geactiveerd. U brengt de anti-kantelstabilisator in positie door deze naar u toe te trekken en tegelijkertijd naar beneden te draaien. De anti-kantelstabilisator is standaard ingesteld met een zodanige speling tot de ondergrond, dat het geen probleem is om over drempels e.d. te rijden.
GEBRUIK VAN DE ROLSTOEL Rugleuninghoek verstellen met de verstelhendel (accessoire) Figuur 13 U kunt de rugleuninghoek afzonderlijk verstellen met behulp van de hendel (13A). • Knijp in de hendel en duw de rugleuning naar voren of naar achteren A Figuur 13 10 Rugleuning op- of neerklappen Figuur 14 en 15 • Verwijder de armleggers • Kantel de stoel naar voren.
GEBRUIK VAN DE ROLSTOEL In en uit de stoel komen Figuur 16, 17 en 18 • Activeer de remmen • Draai de beensteunen naar buiten of verwijder deze • Kantel de stoel naar voren • De gebruiker kan nu in of uit de rolstoel komen met de hulp van andere personen, een tillift, of door zich naar voren te bewegen als hij stafunctie heeft, zie figuur 16, 17 en 18 Figuur 16 11 Figuur 17 Figuur 18
GEBRUIK VAN DE ROLSTOEL Hindernissen, trappen nemen Figuur 19 en 20 Gebruik de aangeduide optilpunten wanneer de rolstoel met de gebruiker erin de trap op/af wordt getild. Deze staan aangegeven op de stoel. De optilpunten zijn de duwstang en de beensteunen. Figuur 19 12 Til de rolstoel niet aan de armleggers op als deze niet van een vergrendeling zijn voorzien (accessoire)! Til de rolstoel niet aan de hoekverstelbare beensteunen op.
AANPASSEN VAN DE STOEL De Emineo is voorzien van meetschalen die een nauwkeurige instelling van de stoel vergemakkelijken. De volgende instellingen kunnen snel en nauwkeurig worden gewijzigd met behulp van meetschalen: • Zittinghoogte – achter (One-tool) Pagina 14, 16 en 17 De schaal geeft de zittinghoogte aan ten opzichte van de maten van de aandrijfwielen. • Zwaartepunt (One-tool) Pagina 17 De meetschaal is genummerd van 1 t/m 5, waarbij 1 de meeste veiligheid biedt tegen kantelen.
AANPASSEN VAN DE STOEL Zittinghoogte verstellen De hoogte van de zitting kan eenvoudig worden gewijzigd. De verschillende manieren waarop de hoogte van de zitting kan worden afgesteld zijn ook van invloed op het rijgedrag en de wijze waarop de stoel zich gedraagt bij hindernissen. Let op! Stel de Emineo niet zodanig in dat de zittinghoogte vooraan en achteraan verschillend is. Dit kan van invloed zijn op het evenwichtspunt.
AANPASSEN VAN DE STOEL • • Lagerhuis van zwenkwiel hoger of lager zetten (One-tool) (zie pagina 18) Als u het lagerhuis omhoog verplaatst, zakt de zitting. Als u het omlaag verplaatst, is het omgekeerde het geval. Zwenkwiel hoger of lager in de zwenkwielvork zetten Als u de positie van het zwenkwiel in de zwenkwielvork (23A) verhoogt, zakt de zitting. Als u het zwenkwiel in een lagere stand zet, is het omgekeerde het geval.
AANPASSEN VAN DE STOEL 16 Zittinghoogte verstellen – achter (Onetool) Figuur 24 en 25 Op het frame van de rolstoel bevindt zich een meetschaal (25A) die de zittinghoogte aangeeft in verhouding tot de maat van het aandrijfwiel.
AANPASSEN VAN DE STOEL Zittinghoogte verstellen – achter (Basic) Figuur 26 • Verwijder het aandrijfwiel • Verwijder de wielvergrendeling door de bouten met een 4 mm inbussleutel los te draaien en tegelijkertijd de moeren met een 10 mm steeksleutel tegen te houden • Zet de wielvergrendeling hoger om de zitting te laten zakken of lager om de zitting hoger te zetten.
AANPASSEN VAN DE STOEL Zwaartepunt verstellen Figuur 29 Draai de borgmoer (29A) met een 27 mm steeksleutel los en houd hierbij de behuizing (29B) met een 16 mm sleutel tegen. Draai de behuizing (29B) 90°. Zet het wiel in de gewenste stand. Draai de behuizing 90° terug en draai de borgmoer weer stevig vast. Vergeet na het verstellen van de zittinghoogte en het zwaartepunt niet de remmen en de antikantelstabilisator af te stellen.
AANPASSEN VAN DE STOEL Hoek van zwenkwielen/spoorhoek instellen (One-tool) Figuur 32 • Draai de bout (32A) met een 5 mm inbussleutel iets los • Draai de bout (32B) los • Zet de inbussleutel in de draaischijf (32C) en draai deze in de gewenste hoek. Zie de schaal • Draai eerst bout (32B) vast en vervolgens bout (32A) Als het zwenkwiel in de juiste hoek staat, staat het lagerhuis verticaal (90°) ten opzichte van de ondergrond.
AANPASSEN VAN DE STOEL Hoogte van rugleuning verstellen Figuur 34 Maak eerst de bekleding van de rugleuning los voordat u de hoogte van de rugleuning verstelt.
AANPASSEN VAN DE STOEL Evenwichtspunt voor de zittingkanteling verstellen Figuur 37 og 38 Verstelling van het evenwichtspunt voor de zittingkanteling moet alleen door gekwalificeerd personeel worden gedaan. Alle gebruikers hebben een verschillende lichaamslengte, gewicht en functieniveau. Dit beïnvloedt de effecten van de kanteling van de zitting en het evenwichtspunt.
AANPASSEN VAN DE STOEL Kromming van de rugleuning verstellen Figuur 39 De rolstoel is uitgevoerd met een gepolsterde rugleuning. Deze kan worden aangepast aan de kromming van de rug voor een optimaal zitcomfort en een goede stabiliteit. Bij het verstellen van de kromming van de rugleuning kan de gebruiker in de rolstoel blijven zitten. Haal de achterkant van de bekleding los om bij de klittenbandsluitingen te komen.
AANPASSEN VAN DE STOEL Anti-kantelstabilisator verstellen (Onetool) Figuur 42 Verstel de anti-kantelstabilisator na het wijzigen van het zwaartepunt van de rolstoel. Draai de bout (42A) met een 4 mm inbussleutel los. Trek of duw de anti-kantelstabilisator in de juiste stand zodat de waarde op de meetschaal van de stabilisatorstang overeenkomt met de stand van het aandrijfwiel. Draai de bout weer vast. De speling tussen het uiteinde van de anti-kantelstabilisator en de ondergrond mag maximaal 35 mm zijn.
AANPASSEN VAN DE STOEL Beensteunen verstellen Figuur 44 De beensteunen zijn aan de buitenkant voorzien van een lineaire schaal (44A) om de juiste lengte te kunnen instellen. Draai de bevestigingsbout (44B) van de beensteunen met een 5 mm inbussleutel los om de lengte van de beensteunen te verstellen. Stel de gewenste lengte in en draai de bout weer vast. Een snelvergrendelingspal voor het verstellen van de beensteunen is als accessoire (zie pagina 40) verkrijgbaar.
AANPASSEN VAN DE STOEL Hoekverstelbare beensteunen (accessoire) Figuur 47 Hoek verstellen De beensteunen kunnen afzonderlijk worden versteld • Maak de vergrendelingspal (47A) los • Stel de beensteunen in de gewenste hoek in en zet de vergrendelingspal weer vast Onderbeensteun verstellen • De onderbeensteun (47B) kan in de diepte en zijwaarts worden versteld A B Figuur 47 25 Beknellingsgevaar!
AANPASSEN VAN DE STOEL Bevestiging van de beensteun verstellen Figuur 48 De beensteunbevestiging kan in de diepte worden versteld of worden verwijderd. Draai de bout (48A) met een 4 mm inbussleutel los. Trek of duw de beensteun in de gewenste stand. Trek de bevestiging van de beensteun niet verder dan 8 cm naar buiten. Draai de bout weer vast.
VEILIGHEIDSGORDEL Heupgordel (accessoire) aanbrengen Figuur 51, 52 en 53 • Verwijder het stoelkussen en maak de bekleding van de rugleuning los. Om er beter bij te kunnen als u de heupgordel monteert, draait u de vier bouten in de bodem van de zitting los en trekt u de zitting naar voren (gebruik een 4 mm inbussleutel). • Monteer eerst de bevestigingsbeugels aan de heupgordel. Gebruik een 5 mm inbussleutel en een 13 mm steeksleutel Figuur 51 en schroef de bout (52A) en de moer (52B) vast.
VEILIGHEID • Sta niet op de voetsteunen en oefen er geen grote druk op uit. • Rolstoelgebruik moet worden beschouwd als een vervanging van lopen. Daarom hoort een rolstoel thuis in voetgangersgebieden en niet op wegen voor gemotoriseerd verkeer. Gebruik buitenshuis reflectoren, zie pagina 28. • Als u uit de stoel komt, doe dat dan uitsluitend op een zo stabiele en effen mogelijke ondergrond. Controleer of de stoel op de rem staat, om te voorkomen dat de stoel onverhoeds in beweging komt.
VEILIGHEID Reflectoren (accessoire) Figuur 54 Breng bij gebruik van de Emineo buitenshuis reflectoren aan. Zie Figuur 54 voor de plaats van de reflectoren op een zelfrijder en 55 voor de plaats van de reflectoren op een duwrolstoel.
VEILIGHEID IN AUTO’S Emineo als passagiersstoel in een auto Laat de rolstoelgebruiker indien mogelijk op de passagiersstoel plaatsnemen en de veiligheidsgordel van de auto gebruiken. De rolstoel kan worden gebruikt als passagiersstoel in een auto en is gekeurd conform de eisen van ISO 7176-19. Als de rolstoel als passagiersstoel in een auto wordt gebruikt, dient deze in de rijrichting te staan.
VEILIGHEID IN AUTO’S Vastmaken van de veiligheidsgordel: • Het onderste deel van de gordel moet zo strak mogelijk over de heupen worden vastgezet; tussen 30° en 75° • Het bovenste gedeelte wordt over de schouder en de borst gelegd • De veiligheidsgordel moet zo strak mogelijk worden aangespannen en mag niet gedraaid zijn • Voorkom dat er onderdelen van de rolstoel, zoals armleggers en wielen, tussen de veiligheidsgordel en het lichaam komen.
VEILIGHEID IN AUTO’S e) Ter minimalisering van de kans op letsel voor de gebruiker moet een werkblad dat aan de rolstoel is bevestigd en dat niet op botsingen is berekend: • worden verwijderd en ergens anders in de auto worden vastgezet of aan de rolstoel worden bevestigd met schokabsorberend materiaal tussen het werkblad en de gebruiker f) Indien mogelijk moeten andere rolstoelaccessoires aan de rolstoel worden vastgezet of worden verwijderd en tijdens het transport in de auto worden vastgezet, om te voor
ONDERHOUD De in dit gedeelte beschreven onderhoudswerkzaamheden kunnen worden verricht door de gebruiker. Andere onderhoudswerkzaamheden moeten worden verricht door gekwalificeerd personeel van uw plaatselijke dealer of bij de technische dienst. Voor nadere informatie over reparaties of service verwijzen wij u naar de dichtstbijzijnde technische dienst. Reinigen van het frame Het frame moet regelmatig worden schoongemaakt met zacht zeepwater. Gebruik een schuurmiddel als het frame erg vuil is geworden.
ONDERHOUD Aanbevolen bandenspanning De stoel is verkrijgbaar met massieve banden of luchtbanden. Zoek het juiste type en de juiste maat aandrijfwiel of zwenkwiel en lees de aanbevolen maximale bandenspanning uit de tabel af. NB: bij een hogere bandenspanning rijdt de stoel gemakkelijker, bij een lagere bandenspanning is de vering beter. Controleer de bandenspanning regelmatig voor een optimaal rijgedrag.
ONDERHOUD Reparaties Afgezien van kleine lakreparaties, verwisselen van binnen- of buitenbanden en het afstellen van de remmen moeten alle reparaties worden uitgevoerd door gekwalificeerd personeel bij uw plaatselijke dealer of bij de technische dienst. Voor nadere informatie over reparaties en onderhoud verwijzen wij u naar de dichtstbijzijnde technische dienst.
MERKTEKENS EN LABELS Productnaam Model Zittingbreedte Zittingdiepte Max.
TECHNISCHE SPECIFICATIES Technische specificaties en afmetingen De rolstoel wordt standaard geleverd met verschillende zittinghoogtes en zittingbreedtes. Welke hoogte het best bij de gebruiker past, is afhankelijk van twee factoren: de lengte van de gebruiker en de manier waarop de rolstoel wordt gebruikt. Neem contact op met uw dealer of de dichtstbijzijnde technische dienst als u twijfels hebt over de juiste hoogte en breedte (tenzij anders aangegeven staan de afmetingen vermeld in centimeters.
TECHNISCHE SPECIFICATIES Hoogte duwstang 90 - 110 Totale hoogte 115 Totale breedte One-tool: zittingbreedte + 23 Basic: zittingbreedte + 20 Totale lengte 100 Gewicht van stoel 24 kg Transportgewicht 38 17 kg Transportbreedte zittingbreedte + 18,5 Transporthoogte 71 Max. gewicht gebruiker 140 kg De rolstoel en de meeste onderdelen zijn uitgevoerd in een speciale aluminiumlegering. De rugleuning en de bekleding van de zitting zijn vervaardigd van vlamvertragend materiaal.
GARANTIE Garantie: Deze garantie is van toepassing op alle nieuwe handbediende HandiCarerolstoelen die zijn verkocht door erkende HandiCare ASA dealers. De 2 jarige garantie op het product is geldig vanaf de leveringsdatum. HandiCare ASA garandeert dat het product geen gebreken heeft wat betreft materiaal en ontwerp en dat het product voldoet aan alle eisen die in de verkoopfolder worden vermeld.
ACCESSOIRES 1 3 2 6 5 4 8 7 40 9 10 12 16 21 11 15 13 17 22 18 23 19 20
ACCESSOIRES Aandrijfwiel met bevestigingen Aandrijfwielbevestiging met Imperawielvergrendeling (voor het afstellen van de wielvluchthoek) Amputatieblok Aandrijfwielen met verschillende maten en banden – massief, hoge druk en luchtgevuld Spider wheel 1 Wiel met eenhandsbediening 5 Hoepel met extra frictie Bekleding met extra frictie Spaakbeschermers 2 3 4 Aandrijfwielen 20”, 22” en 24” met rem voor begeleider Transportwielen 12”en 16” met rem voor begeleider Snelvergrendelingspal voor verminderde handfunctie
AANTEKENINGEN 42 Waarschuwing: De inhoud van deze gebruikshandleiding is uitsluitend informatief bedoeld. De gegevens kunnen zonder voorafgaande waarschuwing worden gewijzigd en mogen daarom niet worden geïnterpreteerd als een verplichting vanwege HandiCare Produksjon ASA. HandiCare Produksjon ASA is niet aansprakelijk, wettelijk noch financieel, voor fouten of onnauwkeurigheden die kunnen voorkomen in deze gebruikshandleiding.
AANTEKENINGEN 43
07-Utgitt juni 2007 HandiCare Produksjon AS Geproduceerd door: HandiCare Produksjon AS www.handicare.