Operation Manual

BEDIENING 31
Bediening
digitale bitstream op gang komt en de processor
kan bepalen welke functie moet worden gekozen;
of op elk moment dat de datastroom wegvalt of
wordt onderbroken, zoals bij het bekijken van
menu’s bij sommige discs, of wanneer de speler
schakelt tussen de verschillende delen van een
disc. Ook kan de aanwijzing verschijnen wanneer
een satellietontvanger, een set-top box of HDTV-
tuner wordt gebruikt en het audiosignaal tijdelijk
wordt onderbroken wanneer een ander kanaal
wordt gekozen of wanneer de kabelbox schakelt
van een kanaal met digitale datastroom naar een
met alleen analoge audio. De
UNLOCK aanwij-
zing is normaal en duidt niet op een probleem
met uw receiver. Het vertelt u slechts dat de in-
komende datastroom om een aantal mogelijke
redenen onderbroken of niet aanwezig is.
Wanneer Dolby Digital 3/2/.1 of DTS 3/2/.1 signa-
len worden afgespeeld schakelt de AVR automa-
tisch naar de juiste surround functie en kan geen
andere bewerking worden gekozen. Wanneer een
Dolby Digital signaal met 3/1/0 of 2/0/0 signaal
binnenkomt kunt u elke gewenste Dolby surround
functie kiezen.
Wanneer geen EX kenmerk aanwezig is en uw
receiver is geconfigureerd voor 6.1/7.1 gebruik,
kunt u zelf als gewenst de EX bewerking active-
ren door de Dolby Digital EX surround functie te
kiezen als beschreven op pagina 18 en 26. Is
geen ES kenmerk aanwezig in de DTS bitstream,
dan kunt u toch van 6.1 kanalen presentatie
genieten door de DTS+Neo:6 surround functie te
kiezen als beschreven op pagina 18 en 26. In die
functie worden de DTS Neo:6 algoritmes gebruikt
om het surround achter kanaal uit de DTS bitstre-
am informatie te halen.
Wanneer Dolby Digital 3/2/.1 of DTS 3/2/.1 signa-
len worden afgespeeld, kiest de AVR automatisch
de juiste functie en kan geen andere functie wor-
den gekozen, met de volgende uitzonderingen:
Wanneer een Dolby Digital 2.0 signaal binnen-
komt kunt u er voor kiezen daar naar te luiste-
ren in pure vorm. Schakel dan door de Dolby
surround functies tot de stereo-indicatie oplicht
bij Surround Functies
(
naast het Dolby
symbool.
Ook kunt u surround processing inschakelen
door de Dolby Pro Logic II en IIx functie te kie-
zen, waarop het Dolby Pro Logic symbool
oplicht naast het Dolby Digital symbool.
Als hierboven aangegeven, wanneer het EX
kenmerk niet aanwezig is in een Dolby Digital
bitstream kunt u door de Dolby surround func-
ties schakelen om zelf Dolby Digital EX bewer-
king te kiezen.
Wanneer een DTS 5.1 signaal binnenkomt kunt
u daar naar luisteren in een tweekanalen pre-
sentatie, 5.1 weergave of 6.1 weergave (wan-
neer de AVR is geconfigureerd voor 6.1 weerga-
ve). Voor tweekanalen weergave schakelt u
door de DTS surround functies tot het stereo-
symbool oplicht bij Surround Functie
(
naast het DTS symbool. Ga verder om DTS 5.1
bewerking of DTS+Neo:6 (6-kanalen) in te
schakelen.
Wanneer een DTS-ES 6.1 Discrete signaal bin-
nenkomt, kunt u kiezen tussen tweekanalen,
5.1- of 6.1-kanalen weergave (indien de AVR
voor 6.1 weergave is geconfigureerd). Schakel
door de DTS surround functies tot de stereo-
indicatie bij Surround Functie
(
naast het
DTS symbool oplicht. Ga dan verder om DTS 5.1
of DTS-ES Discrete in te schakelen.
Wanneer een Dolby Digital signaal met een 3/1/0
of 2/0/0 inhoud binnenkomt kunt u elke gewens-
te Dolby surround functie kiezen.
Het is altijd verstandig de uitlezing van de kanaal-
gegevens te controleren om er zeker van te zijn
dat die overeenkomt met de audio logo informa-
tie op de achterzijde van de DVD verpakking.
Soms ziet u een indicatie als “2/0/0/” zelfs op
discs met een compleet 5.1 of 3/2/.1 signaal. In
dat geval is het belangrijk de instellingen van uw
DVD-speler of het audiomenu voor de spelende
disc te controleren om er zeker van te zijn dat het
juiste signaal naar de AVR wordt gestuurd.
PCM Weergave indicaties
PCM is de afkorting van Puls Code Modulatie, het
signaaltype dat voor standaard CD-weergave
wordt gebruikt en andere niet-Dolby Digital en
niet-DTS digitale bronnen zoals MiniDisc. Komt
een PCM-signaal binnen, dan geeft de display
Ò
kort de letters PCM aan, naast de sampling-
frequentie van het digitale signaal.
In de meeste gevallen zal dat
48 KHZ zijn,
hoewel sommige speciaal geremasterde hoge
resolutie audiodiscs kan
96 KHZ aangegeven
worden.
De
PCM 48 KHZ indicatie verschijnt ook wan-
neer de functie van de ingang wordt gewijzigd
voor analoge bronnen. In dat geval geeft het
systeem aan welke sampling frequentie intern
wordt gebruikt op de uitgang van analoog/digi-
taal converter die het binnenkomende signaal van
een videorecorder, cassettedeck, tuner of andere
analoge bron naar digitaal omzet.
Luidspreker/Kanaal Indicaties
Naast de signaaltype indicaties biedt de AVR
een stel unieke kanaal indicaties die u vertellen
hoeveel kanalen in de digitale informatie ont-
vangen worden en of het digitale signaal onder-
broken wordt.
Deze indicaties zijn de L/C/R/LFE/SL/SR/SBL/SBR
letters die in de hokjes bij de Luidspreker/
kanaal indicaties
$
in de display
Ò
staan.
Onthoud dat de AVR 140 ook 7.1-kanalen kan
weergeven, hoewel er slechts één surround achter
luidspreker is aangesloten. De linker en rechter
surround achter signalen worden automatisch
gecombineerd en via de ene achter luidspreker
weergegeven, indien deze is geconfigureerd via
het
SPEAKER SIZE menu (afbeelding 7).
Wanneer een standaard analoog stereo of matrix
surround signaal actief is, lichten alleen “L en
“R” op, daar analoge signalen alleen links en
rechts bevatten.
Dat geldt zelfs bij surround opnamen, die de sur-
round informatie alleen in het linker en rechter
kanaal dragen. Digital signalen echter kunnen
één, twee, vijf, zes of zeven afzonderlijke kanalen
hebben, afhankelijk van het programmamateriaal,
de uitzendmethode en de manier waarop zij geco-
deerd werden. Wanneer een digitaal signaal wordt
afgespeeld zullen de letters in de indicaties oplich-
ten als gevolg van het signaal dat ontvangen
wordt. Het is belangrijk op te merken dat hoewel
bijvoorbeeld naar Dolby Digital verwezen wordt als
een ‘5.1’ systeem, niet alle Dolby Digital DVD of
audionummers op een DVD of ander Dolby Digital
materiaal gecodeerd zijn voor 5.1. Het is dus nor-
maal dat voor een DVD met Dolby Digital geluid
alleen de ‘L’ en ‘R’ indicaties geactiveerd worden.
Opmerking: veel DVD’s zijn opgenomen met
zowel een ‘5.1’ als een ‘2.0’ versie van hetzelfde
materiaal, waarbij de ‘2.0’ versie vaak gebruikt
wordt voor andere talen. Wanneer u een DVD
afspeelt, controleer dan steeds het type materiaal
op de schijf. De meeste schijven geven deze infor-
matie in de vorm van een overzicht of symbool op
de hoes. Wanneer een schijf meerdere systemen
aanbiedt, zult u misschien instellingen op uw DVD-
speler moeten wijzigen (meestal met de Audio
select’ toets of via een menu op de schijf) om een
volledig 5.1 signaal naar de AVR te sturen of om
het juiste geluid en de juiste taal te kiezen. Het is
ook mogelijk dat het type signaal verandert tijdens
het afspelen van een DVD. In sommige gevallen
zullen de voorproefjes van speciaal materiaal in 2.0
audio opgenomen zijn, terwijl het hoofdprogram-
ma beschikbaar is in 5.1 audio. Zolang uw DVD-
speler is ingesteld op 6-kanaals uitgangssignaal zal
de AVR automatisch de veranderingen in de bit-
stream en het aantal kanalen detecteren en dit
met de indicaties aangeven. De letters zoals
25339_AVR140_Holl_2 30/08/05 10:52 Side 31