SPELREGELBOEK
Inleiding Je bent hier omdat je het spel Magic: The Gathering® wilt leren. 's Werelds eerste kaartenruilspel is nog steeds het grootste en beste in zijn soort. In Magic® speel je de rol van een duellist: je bent een machtige tovenaar die met anderen vecht om roem, kennis en veroveringen. Je spel kaarten stelt alle wapens in je arsenaal voor. Het bevat de spells die je kent en de creatures die je kunt opdragen voor jou te vechten.
Inhoud 2 3 3 3 3 3 5 6 8 Leren spelen Deel 1: De basisregels 9 9 9 9 11 12 13 14 14 15 16 16 16 18 18 19 Deel 2: Spells, abilities en effecten Benodigdheden Doel van het spel Beginnen met spelen Indeling van een Magic kaart Belangrijkste termen en symbolen Kaarttypen: artifact, creature, enchantment, instant, land, sorcery Zones: afneemstapel, hand, in het spel, aflegstapel, stapel, verwijderd uit het spel De gouden regel Wat is een spell? Wat is een ability? Hoe speel ik een spell of een geactiveerde a
Leren spelen Je leert het makkelijkst Magic spelen van een vriend die het spel al kent. Maar ja, er moet toch iemand zijn die het spel als eerste leert. Zoek een vriend op. Gebruik de zilveren en gouden kaartspellen en de spelregels in dit uitgangsspel om de basis te leren. Speel vervolgens een paar spelletjes voor jezelf. Zodra je de basis kent, open je het uitbreidingspak dat in de doos zit. Het bevat nieuwe typen kaarten die je aan je kaartspellen kunt toevoegen.
Deel 1: De basisregels Benodigdheden Je hebt een Magic kaartspel, een vriend met een kaartspel, en iets om je levenssaldo bij te houden nodig. Doel van het spel Breng het levenssaldo van je tegenstander op 0 voordat je tegenstander dat bij jou doet. Je kunt ook winnen als je tegenstander een kaart moet trekken als er geen meer in zijn/haar afneemstapel zijn. Beginnen met spelen Elke speler begint met een levenssaldo van 20.
Naam Kaarttype Manakosten Uitbreidingssymbool Tekstkader Kracht Kaartnummer Weerstand Kaarttype. Dit vertelt je of de kaart een artifact, artifact creature, creature, enchantment, instant, land of sorcery is. Als het een creature is, staat het creature-type (zoals Goblin of Soldier) naast het woord "Creature”. Als het een enchantment is, die verbonden is met een andere kaart, dan staat er “Enchant Creature”, “Enchant Land” of iets dergelijks. Zie pagina 7 voor meer uitleg over elk kaarttype.
Belangrijke termen en symbolen Mana. Je kunt mana beschouwen als het geld van Magic: je gebruikt het om de meeste kosten mee te betalen. Lands (en sommige andere kaarten) leveren mana, die tot je manavoorraad behoren. Je manavoorraad is de plaats waar je mana wordt bewaard totdat je de mana uitgeeft. De beschikbare mana moet zoveel mogelijk worden besteed. Aan het einde van elke fase verlies je één levenspunt voor elke ongebruikte mana in je manavoorraad en verlies je die mana.
Kaarttypen Er zijn zes typen Magic kaarten: Artifact Artifacts zijn kleurloze blijvers die magische voorwerpen voorstellen. Ze kunnen alleen tijdens jouw hoofdfases uitgespeeld worden als de stapel leeg is. (Hier komen we later nog op terug.) Artifact creatures kunnen net zoals andere creatures aanvallen en verdedigen. Ze kunnen beïnvloed worden door spells en abilities die op artifacts én op creatures van toepassing zijn. Creature Creatures zijn blijvers die kunnen aanvallen en verdedigen.
“Enchant _______”), dan kun je het alleen aan dat type blijver verbinden. Wanneer je een enchantment wilt uitspelen die aan een blijver wordt verbonden, moet je de keuze maken wat er betoverd wordt. Dat betekent dat je moet beslissen waaraan de enchantment moet worden verbonden wanneer je de kaart uitspeelt. Als een betoverde blijver het spel moet verlaten, wordt de enchantment vernietigd. Hij blijft niet rondhangen zonder iets te betoveren.
Sorcery Sorceries kun je alleen uitspelen tijdens jouw hoofdfase en alleen als de stapel leeg is. Sorceries blijven niet in het spel en gaan naar de aflegstapel van de bezitter als ze zijn afgehandeld. Zones Zone is het Magic-woord voor een plaats in het spel. Kaarten kunnen zich in een van de volgende zes zones bevinden: Afneemstapel. Dit is de stapel kaarten waarmee je speelt.
Deel 2: Spells, abilities en effecten De gouden regel Als de tekst van een kaart conflicteert met de regels van het spel, geldt wat op de kaart staat. Je hebt bijvoorbeeld maar één gevechtsfase per beurt, maar in het tekstkader Relentless Assault staat “After this phase there is an additional combat phase followed by an additional main phase.” Tijdens een beurt wordt de regel van één aanval per beurt tenietgedaan.
Geactiveerde ability . Je speelt een geactiveerde ability door de kosten ervoor te betalen. Alle geactiveerde abilities zijn gemarkeerd met een dubbele punt (“:”). Het gedeelte voor de dubbele punt zijn de activeringskosten. Het gedeelte na de dubbele punt vermeldt het effect van de ability als de kosten betaald zijn. Bijvoorbeeld “oT: Draw a card” betekent dat wanneer je de blijver met dit vermogen tapt, je een kaart mag trekken.
Statische ability. Statische abilities worden niet uitgespeeld en afgehandeld zoals de andere twee typen abilities. Als een blijver met een statische ability in het spel komt, wordt het effect van de ability "ingeschakeld". Het effect blijft ingeschakeld zolang de kaart in het spel blijft. (Statische abilities brengen continue effecten voort.) De meeste enchantments hebben statische abilities. Bij Telepathy wordt bijvoorbeeld vermeld: "Your opponents play with their hands revealed.
spell is, toon je de kaart aan je tegenstander. 2. Als de target of de ability het woordje "target" vermeldt, kies je een of meer doelen. Als de tekst van een spell of ability begint met "Choose one —", maak je een keuze. Als de spell een "Enchant _______" is, kies je aan welke blijver je hem wilt koppelen. 3. Voor een spell betaal je de manakosten. Voor een geactiveerde ability betaal je de activeringskosten.
De stapel De stapel is de plaats waar uitgespeelde spells en abilities wachten op afhandeling. Ze blijven op de stapel liggen in de volgorde waarin ze aan de stapel zijn toegevoegd. Hoe werkt dat precies? Een speler met recht speelt een spell of een ability uit, die op de stapel komt. Die speler kan meer spells of abilities op de stapel leggen of passen. Als de speler past, krijgt de tegenstander het recht en mag die spells of abilities op de stapel leggen of passen.
Hoe worden spells en abilities afgehandeld? 1. 2. 3. Controleer bij elk doel van een spell of ability of het een legaal doel is. (Als de spell of de ability geen doel heeft, kun je deze controle overslaan.) Een doel is illegaal als het niet meer in het spel is of als het niet meer voldoet aan de karakteristieken waarop de spell of de ability van toepassing is. Als geen van de doelen van de spell of de ability legaal is wanneer ze moeten worden afgehandeld, wordt het teruggekaatst.
"Enchanted creature gets +2/+1." Dit effect blijft van toepassing op die betoverde creature zolang het gekoppeld blijft aan die creature. Vervangingseffect Vervangingseffecten wachten tot er iets gebeurt en veranderen het dan op een of andere manier. Ze ‘vervangen’ een effect door een ander. Een vervangingseffect bevat altijd de uitdrukking “instead”.
1. Beginfase Deze fase telt drie stappen: a. Onttappen Tijdens deze stap, onttap je al je getapte kaarten. Niemand kan tijdens deze stap spells of abilities spelen. b. Onderhoud Abilities die aan het begin van je onderhoud worden ontketend, gaan naar de stapel. Spelers kunnen tijdens deze stap instants en geactiveerde abilities uitspelen. c. Trekken In deze stap trek je een kaart. Spelers kunnen tijdens deze stap instants en geactiveerde abilities uitspelen.. 2.
Zodra je al je aanvallers hebt benoemd, mogen de spelers instants en geactiveerde abilities uitspelen. c. Verdedigers aanwijzen Je tegenstander beslist welke van zijn/haar creatures jouw aanvallende creatures zullen verdedigen. Elke blokkerende creature kan slechts één aanvallende creature blokkeren, maar je tegenstander kan twee of meerdere creatures laten samenspannen om een aanvallende creature tegen te houden. Getapte creatures kunnen niet blokkeren.
e. Einde gevecht Spelers mogen opnieuw instants en geactiveerde abilities uitspelen tijdens deze stap, maar meestal is daar geen reden toe. 4. Hoofdfase (nogmaals) Je tweede hoofdfase is te vergelijken met je eerste. Je mag alle typen spells en abilities uitspelen, maar je tegenstander mag alleen maar instants en geactiveerde abilities uitspelen. Je mag ook een land uitspelen in deze fase, maar alleen als je er in je eerste hoofdfase nog geen hebt uitgespeeld. 5. Eindfase Deze fase telt twee stappen: a.
Deel 4: Abilities van creatures Sommige creatures hebben abilities die niet helemaal uitgelegd worden op de kaart. Op de kaarten van de meeste van deze creatures staat een korte omschrijving van het effect van de ability. Hieronder staat de volledige uitleg van de meest voorkomende abilities van creatures: Fear Een creature met fear kan alleen worden geblokkeerd door artifact creatures en/of zwarte creatures. Fear is alleen van belang wanneer de creature met de ability aanvalt.
Landwalk Landwalk is de verzamelnaam voor een groep abilities waaronder plainswalk, islandwalk, swampwalk, mountainwalk en forestwalk vallen. Een creature met landwalk is niet-blokkeerbaar als de verdedigende speler ten minste één land van het gespecificeerde type controleert. Landwalk-abilities heffen elkaar niet op. Stel bijvoorbeeld dat jouw creature met forestwalk een speler aanvalt die een Forest controleert. Die speler kan dan niet jouw forestwalker blokkeren, ook niet met een andere forestwalker.
Wanneer een creature regenereert, blijft hij in het spel. Dit geldt voor alle enchantments en counters die aan de creature gekoppeld zijn. Er gebeuren drie dingen als een creature zijn regeneration-schild gebruikt: • ∑De creature wordt getapt. • ∑Als het in gevecht is, wordt de creature uit de strijd gehaald. • ∑Alle schade aan de creature wordt verwijderd.
Deel 5: De vijf Magic kleuren Elk van de vijf kleuren in Magic is gespecialiseerd in bepaalde soorten spells en abilities. Jij beslist of je één kleur of alle vijf kleuren wilt beheersen. Wit De uitgestrekte velden, bevolkt met soldaten, geestelijken en engelen leveren witte mana. In de Magic-wereld is wit de kleur van de wet, orde en structuur. Wit kan de voortgang van een aanvallende creature stuiten door het de fout van zijn aanpak te laten zien. Witte magie heelt en beschermt creatures.
spells en abilities kunnen de geest vervormen, het land vergiftigen en creatures vernietigen. Duistere gunstelingen, ondode creatures en vreselijke verschrikkingen horen thuis in het moeras en zijn even zelfzuchtig en verraderlijk als de magiërs die ze controleren. Rood Rode mana komt uit de bergen en het trotse hart van de wereld zelf. Rode magie is vervuld van vuur, opwinding en stormen met rotsen en lava.
georganiseerd gaat spelen, kun je je beter vertrouwd maken met een paar basisregels en de typen evenementen waaraan je kunt meedoen. Bij de meeste evenementen spelen jij en je tegenstander een serie spellen (aangeduid als een wedstrijd) om te bepalen wie wint. De meeste wedstrijden zijn twee op drie, dus de eerste speler die twee spellen wint, wint de wedstrijd. Verbonden zijn een relatief informele manier om te spelen terwijl je nog tegen iemand anders speelt.
Formaten Formaat slaat op de typen kaartspellen die je mag spelen, en wanneer je wordt verondersteld je kaartspel op te bouwen. Bij geconstrueerde formaten breng je je eigen kaartspel mee, met daarin alle Magic-kaarten die je bezit. Bij beperkte formaten begint iedereen met hetzelfde aantal ongeopende uitbreidingspakken of toernooipakken en bouwt iedereen met die kaarten een kaartspel op.
kaarten houden. Er is meestal een tijdlimiet voor het opbouwen van je kaartspel. Een beperkt kaartspel bevat ten minste 40 kaarten. Je mag van elke kaart net zo veel exemplaren uitspelen als je in je bezit hebt. Bij een beperkt spel liggen alle kaarten die niet in je kaartspel zitten, op je zijtafel. Je kunt je kaartspel vervangen na het eerste spel van een wedstrijd, maar je moet je kaartspel terugbrengen in de staat die het oorspronkelijk aan het begin van het spel had.
pak heeft genomen. Stel dat acht personen met een rochester-trekking beginnen en dat zij rond de tafel in de richting van de klok genummerd zijn van één tot en met acht. Speler 1 opent het pak en legt het open op tafel. Nadat iedereen de kaarten heeft gezien, trekt speler 1 een kaart. Vervolgens trekt speler 2 een kaart, en zo verder totdat de hele tafel aan de beurt is geweest.
Deel 7: Verklarende woordenlijst / De kracht en weerstand van sommige creatures zitten eerder in hun abilities. De kracht en de weerstand van Nightmare zijn bijvoorbeeld gelijk aan het aantal Swamps dat je onder controle hebt. Als je maar één Swamp controleert wanneer je Nightmare uitspeelt, is het een 1/1 creature. Als je later een tweede Swamp later in het spel brengt, wordt het een 2/2 creature. o1, o2, o3 enzovoort De kosten die je kunt betalen met de verschillende soorten mana.
Aanvallende creature Een creature die aanvalt. Creatures worden aanvallende creatures wanneer je ze tijdens de daarvoor bestemde stap als aanvallers kiest. Ze worden dan getapt. (Eerder getapte creatures kunnen niet aanvallen.) Een creature is aanvallend vanaf zijn benoeming totdat de strijd is afgelopen, tenzij het door een bepaald effect uit de stijd wordt gehaald (zoals bij regeneration). Er bestaat dus geen aanvallende creature buiten de gevechtsfase. Aanvaller Zie Aanvallende creature.
Afhandelen Wanneer je een spell of ability uitspeelt, gebeurt er niet onmiddellijk iets. Ze komen eerst op stapel terecht. Als de stapel in werking treedt, het effect uitgevoerd: het wordt afgehandeld. Als een spell of een ability wordt teruggekaatst of er geen legale doelen zijn als de afhandeling moet plaatsvinden, gebeurt er niets. Zie ook Terugkaatsen, Stapel, Target. Aflegstapel Hier gaan de kaarten heen wanneer ze moeten worden weggelegd, opgeofferd of er door een effect terechtkomen.
Je kunt zo'n artifact creature-spell alleen tijdens één van je hoofdfasen uitspelen als er niets meer in de stapel zit. Zie ook Artifact, Creature. As though Als op een kaart "as though" staat, wil dat zeggen dat een kaart iets kan doen, alsof hij die mogelijkheid zelf wel heeft. Bijvoorbeeld op Giant Spider staat te lezen: "Giant Spider may block as though it had flying." De Spin kan niet vliegen, maar kan wel vliegende creatures blokkeren.
De fasen en stappen in de volgorde waarin ze plaatsvinden: 1. Beginfase a. Onttappen b. Onderhoud c. Trekken 2. Hoofdfase 3. Gevechtsfase a. Begin gevecht b. Aanvallers kiezen c. Verdedigers kiezen d. Gevechtsschade e. Einde gevecht 4. Hoofdfase (nogmaals) 5. Eindfase a. Einde beurt b. Opruimen Elk van deze stappen wordt kort omschreven in deze verklarende woordenlijst. Blijvend effect Een effect dat enige tijd aanhoudt. Er zijn verschillende eenmalige effecten die zich maar één keer voordoen.
Blijvertype De blijvertypen zijn artifact, creature, enchantment en land. Blijvers kunnen van meer dan één type zijn. Natural Affinity vermeldt bijvoorbeeld “Until end of turn all lands are 2/2 creatures that are still lands”. Wanneer de beurt Natural Affinity wordt gespeeld, worden lands beïnvloed door alles wat creatures beïnvloedt én door alles wat lands beïnvloedt.
alleen de abilities ervan uitspelen. Zelfs als je een enchantment op een creature van je tegenstander toepast, controleer jij de enchantment en de abilities ervan. Stel bijvoorbeeld dat je een creature van je tegenstander betovert met Spririt Link (“Whenever enchanted creature deals combat damage, you gain that much life”). Alleen jij wint levenspunten bij de Spirit Link, niet je tegenstander. Sommige spells en abilities geven je de controle over een kaart.
genoemde creature-typen. Sommige spells en abilities zijn van invloed op alle creatures van een bepaald type. Bij Goblin King staat bijvoorbeeld "All Goblins get +1/+1 and have mountainwalk." Alle in het spel zijnde creatures met het creature-type Goblin ontvangen de bonus. (Let erop dat de Goblin King een Lord is, geen Goblin.) Artifact is geen creature-type, maar sommige artifact creatures hebben creature-typen. Zie ook Legend, Wall.
een keuze. •Voor een spell betaal je de manakosten. Voor een geactiveerde ability betaal je de activeringskosten. Als een spell of ability oX in zijn kosten heeft, kies je zelf wat de waarde van X is en betaal je dat aantal mana. De spell of ability gaat daarna op de stapel en wacht op afhandeling. Ontketende abilities speel je niet uit. Wanneer zij worden ontketend, gaan ze automatisch naar de stapel, zelfs als je dat niet zou willen. Statische abilities worden evenmin uitgespeeld.
beurt en opruimen. Zie ook Opruimen, Einde beurt. Enchant _______ Het kan gaan om "Enchant Land", "Enchant Creature", "Enchant Permanent" enzovoort. Dit zijn speciale typen enchantments die je alleen op het genoemde type blijver kunt uitspelen. Je kunt een enchantment alleen tijdens je hoofdfase uitgespelen als er niets meer op de stapel ligt. Wanneer je een van deze spells uitspeelt, kun je één van de juiste soorten blijver kiezen om op de stapel te leggen. (De spell heeft de blijver als doel.
blijver het spel verlaat, verlaten de aangehechte enchantments het spel eveneens. Bij enchantments die zelfstandig in het spel voorkomen, wordt het woord Enchantment onder de illustratie vermeld. Bij de andere enchantments staat: "Enchant Creature", "Enchant Land" enzovoort. Het tweede woord geeft de soort blijver aan waaraan je de enchantment kunt hechten. Als een spell of een ability een enchantment kan beïnvloeden, kan die elke soort enchantment beïnvloeden.
Forestwalk Een creature ability waardoor de creature niet-blokkerbaar wordt zolang de verdedigende speler een Forest controleert. Zie ook Landwalk. Geactiveerde ability Een ability die je uitspeelt door de activeringskosten te betalen. Alle geactiveerde abilities zijn gemarkeerd met een dubbele punt (“:”). Het gedeelte voor de dubbele punt verwijst naar de activeringskosten. Het gedeelte achter de dubbele punt is de ability die je krijgt wanneer je de activeringskosten betaalt.
schade die wordt toegebracht met de ability van een wezen, telt niet als gevechtsschade. Wanneer je bijvoorbeeld de ability van Crossbow Infantry uitspeelt, wordt er 1 schade toegebracht. Maar wanneer de ability aanvalt, wordt er 1 gevechtsschade toegebracht (omdat de kracht ervan 1 is). Gevechtsschadestap De vierde stap in de gevechtsfase. Dit is het moment waarop de schade van de aanvallende en blokkerende creatures wordt toegebracht.
Haste Een creature ability waardoor je met een creature kunt aanvallen tijdens de beurt waarin de creature onder jouw controle komt. Met Haste kun je tijdens de beurt waarin de creature onder jouw controle komt, ook activeringskosten betalen waarin oT voorkomt. Zoals voor alle andere abilities geldt, werkt Haste in het voordeel van je tegenstander als hij of de controle over de creature met de ability verkrijgt. Zie ook Activeringskosten. Het spel verliezen Zie ook Het spel winnen.
afgehandeld, dan wordt het spel beïnvloed en gaat de instant naar de aflegstapel van de bezitter, zoals een sorcery. Een verschil met een sorcery is dat je een instant steeds mag uitspelen als je het recht hebt, zelfs tijdens de beurt van de tegenstander. Je kunt ze ook uitspelen als reactie op andere spells en ze worden volgens de principes van de stapel afgehandeld, d.w.z. voor een eerder uitgespeelde spell.
Kaartnummer Twee kleine cijfers, onderaan op een Magic kaart, waarmee je kaarten sneller kunt ordenen. Het eerste cijfer geeft de positie van de kaart in de set aan. Het tweede cijfer is het aantal kaarten in de set. Kaarttype Er zijn zes typen: artifact, creature, enchantment, instant, land of sorcery . Het type van de kaart staat onder de illustratie. Sommige kaarten, zoals artifact creatures, hebben meer dan één type. Andere kaarten hebben een subtype, zoals “Goblin” in “Creature — Goblin”.
Assassin “oT: Destroy target tapped creature”. Als je Twiddle uitspeelt om Royal Assassin te tappen, leidt dat er niet toe dat de Assassin een getapt wezen vernietigt. Zie ook Activeringskosten, Manakosten. Kracht Het getal links van de schuine streep in het vak rechtsonder op creature-kaarten. Kracht geeft aan hoeveel schade een creature tijdens een gevecht kan toebrengen. Alleen creatures en artifactcreatures hebben kracht. Een creature met 0 kracht of minder, brengt 0 schade in een gevecht toe.
wezen zwart wordt voordat de spell wordt afgehandeld. Dark Banishing wordt dan teruggekaatst, omdat geen van de doelen ervan (er is er slechts één) legaal zijn. Zie ook Target, Terugkaatsen Legend Een creature-type met speciale regels. Je zult geen Legends tegenkomen in de set Eighth Edition, maar wel in andere Magic sets. Er kan niet meer dan één creature van het type Legend tegelijk in het spel zijn.
(blauw), oB (zwart), oR (rood) en oG (groen). Kleurloze mana bestaat ook. Zie ook Mana ability, Manaverbranding, Manakosten, Manavoorraad, Kleurloze mana. Mana ability Elke ability die mana aan je manavoorraad toevoegt. Mana abilities kunnen geactiveerde abilities of ontketende abilities zijn. Ze gaan niet naar de stapel wanneer je ze uitspeelt, je ontvangt de mana direct. Zie ook Mana, Manavoorraad. Manakosten De mana die je moet betalen om een spell uit te spelen.
verdedigende speler een Mountain controleert. Zie ook Landwalk. Mulligan Bij de aanvang van een Magic spel, neem je de bovenste zeven kaarten van je afneemstapel. Dat zijn de kaarten waarmee je start. Als je vindt dat je slechte kaarten hebt (als je bijvoorbeeld geen lands hebt), kun je een mulligan toepassen. Bij een mulligan leg je je kaarten terug op de afneemstapel, schud je deze en trek je een nieuwe hand kaarten maar met één kaart minder.
manakosten van bijvoorbeeld o3oUoU komt omgezet overeen met manakosten van 5. Een kaart met manakosten van oRoR heeft omgezette manakosten van 2. Vergelijk Manakosten. Onderhoud Zie Onderhoudsstap. Onderhoudsstap De tweede stap van de beginfase. De onderhoudsstap volgt onmiddellijk op de onttapstap. De abilities die tijdens de onderhoudsstap worden ontketend, gaan naar de stapel en de spelers kunnen instants en geactiveerde abilities uitspelen.
opnieuw worden geladen. Niemand kan tijdens deze stap spells of abilities uitspelen. Zie ook Onttappen. Opofferen Eén van je eigen blijvers die in het spel zijn, op je aflegstapel leggen. Je kunt alleen je eigen blijvers opofferen. Het verschil tussen een blijver opofferen en vernietigen, is dat je een opgeofferde creature niet kan regenereren. Je kunt een blijver alleen opofferen als een spell of ability dat opdraagt. Vergis je niet tussen opofferen en wegleggen.
geblokkeerd worden. •∑ Het kan niet het doel zijn van een spell of een ability met de specifieke kleur waartegen de creature beschermd is. ∑ •∑ Het kan niet door creatures met de kleur waartegen het beschermd is, betoverd worden. ∑ •∑ Alle schade die komt van een bron met de kleur waartegen het beschermd is, wordt tenietgedaan. Protection is niet altijd gekoppeld aan een kleur. Een creature kan bijvoorbeeld ook "protection from artifacts" of "protection from Goblins" hebben.
Schade is iets anders dan levenspunten verliezen. Bijv. op Soul Feast staat te lezen: "Target player loses 4 life and you gain 4 life". Dat verlies van levenspunten telt niet als schade en kan dus niet worden voorkomen. Schadepreventie Zie Verhinderingseffect. Schudden De kaarten van je kaartspel in een willekeurige volgorde brengen. Je kaartspel wordt geschud aan het begin van elk Magic spel.
jezelf kiezen. (Als er wordt vermeld “opponent”, mag je niet jezelf kiezen.) Als je een spel met meer dan twee spelers speelt, is iedereen in het spel een speler, met inbegrip van je teamgenoten. Spell Alle soorten kaarten, behalve de landkaarten zijn spells als je ze uitspeelt. Glory Seeker is bijvoorbeeld een creature-kaart. Wanneer je deze uitspeelt, is het een creature spell. Wanneer de spell wordt afgehandeld, wordt het een creature.
5/5 tot het einde van de beurt krijgt. Dan wordt Shock afgehandeld, maar die brengt niet genoeg schade aan om de versterkte Glory Seeker te vernietigen. Wat gebeurt er als Giant Growth eerst wordt uitgespeeld? Shock komt bovenop in de stapel en wordt dus als eerste afgehandeld. De kaart berokkent 2 schade aan de Glory Seeker, wat genoeg is om hem te vernietigen! En als Giant Growth probeert afgehandeld te worden, is zijn doelwit niet meer in het spel en wordt die teruggekaatst.
Je kiest de doelen voor een spell of ability wanneer je deze uitspeelt. Je kunt later niet van gedachten veranderen. Wanneer de spell of de ability wordt afgehandeld, wordt gecontroleerd of de doelen nog steeds legaal zijn. Als geen van de doelen legaal is, wordt de spell of de ability teruggekaatst. Zie ook Legaal doel, Afhandelen. Tegenstander De persoon tegen wie je speelt. Als een kaart vermeldt “an opponent”, verwijst dit naar een van de tegenstanders van degene die de kaart controleert.
Toernooipak Een pak met 75 Magic kaarten. Een toernooipak bestaat uit 30 basisland-kaarten (zes van elk type) en 45 willekeurige kaarten. In de meeste toernooien voor Verzegelde kaartspellen bouw je je kaartspel op met een toernooipak en twee uitbreidingspakken. De Eighth Edition set bevat geen toernooipakken, maar in grote Magic uitbreidingen is dat wel het geval. Tonen Wanneer je een kaart toont, doe je dit voor alle spelers in het spel.
werd gehaald, blijft de aangevallen creature geblokkeerd, zodat de verdedigende speler geen schade oploopt. Als de gevechtsschade naar de stapel is gegaan voordat de creature uit de strijd werd gehaald, wordt de schade toch toegebracht. Uit het spel nemen Wanneer je een kaart uit het spel neemt, leg je die voor rest van het spel opzij. Wanneer het spel eindigt, kun je de kaart terug in je kaartspel steken. Er is een verschil tussen een kaart uit het spel nemen en een kaart op je aflegstapel leggen.
kunnen blokkeren). Denk eraan dat blokkerende creatures niet getapt worden als ze blokkeren. Jouw creatures kunnen elk slechts één aanvaller blokkeren, maar kunnen wel onderling samenspannen tegen een aanvaller. Zodra je al je verdedigers hebt gekozen, kunnen de spelers instants en geactiveerde abilities uitspelen. Zie ook Gevechtsfase. Verhinderingseffect Een effect dat voorkomt dat schade wordt toegebracht. Een verhinderingseffect werkt als een schild.
beïnvloed. Zie ook Creature-type. Weerstand Het getal rechts van de schuine streep in het vak rechtsonder op creature-kaarten. Weerstand geeft aan hoeveel schade nodig is om de creature in één beurt te vernietigen. Aleen creatures en artifact creatures hebben weerstand. Zie ook Kracht. Wegleggen Een kaart uit je hand nemen en op je aflegstapel leggen.
Zone Elke speelgebied in een Magic spel wordt aangeduid als een zone. Een kaart kan zich in één van de volgende zones bevinden: afneemstapel, aflegstapel, hand, in het spel, stapel en verwijderd uit het spel.
Credits Oorspronkelijk spelidee voor Magic: Richard Garfield Spelontwerp en ontwikkeling: Randy Buehler Jr., Elaine Chase, Michael Donais, Robert Gutschera, William Jockusch en Mark Rosewater met bijdragen van Paul Barclay, Kierin Chase und Brady Dommermuth Hoofdgedeelte van het spel: Randy Buehler Jr.
Vragen? Neem contaxt op met het dichtstbijzijnde kantoor. Wizards of the Coast p/a Hasbro Belgium 't Hofveld 6D B-1702 Groot-Bijgaarden België 0032 70 233 277 custserv@hasbro.co.uk Bezoek onze website! www.magicthegathering.