Operation Manual

122
4.2 Informatie over de programmering
Lijst met G-functies
Wanneer het G-nummer niet bekend is, kunt u gebruikmaken van de
DIN-editor met de lijst met G-functies.
U "G" in het geometrie- of bewerkingsmenu kiezen. De
editor opent de "Lijst met G-functies".
U Cursor op de gewenste G-functie plaatsen
U Het G-nummer met ENTER overnemen
Adresparameters
Coördinaten worden absoluut of incrementeel geprogrammeerd.
Wanneer de coördinaten X, Y, Z, XK, YK, C niet worden opgegeven,
worden ze uit de eerder uitgevoerde regel overgenomen (blijft
ingeschakeld tot het moment van uitschakeling).
Onbekende coördinaten van de hoofdassen X, Y of Z worden door de
CNC PILOT berekend, wanneer u "?" programmeert (vereenvoudigde
geometrieprogrammering – VGP).
De bewerkingsfuncties G0, G1, G2, G3, G12 en G13 blijven
ingeschakeld totdat ze weer worden uitgeschakeld. Dit betekent dat
de CNC PILOT de vorige G-functie overneemt wanneer in de volgende
regel de adresparameters X, Y, Z, I of K zonder G-functie zijn
geprogrammeerd. Voorwaarde daarbij is dat absolute waarden als
adresparameters worden gebruikt.
De CNC PILOT ondersteunt variabelen en rekenformules als
adresparameters.
Adresparameters bewerken:
U Dialoogbox activeren
U Cursor op het invoerveld plaatsen en waarden
invoeren/wijzigen, of
U „Uitgebreide invoer" oproepen
„?“ programmeren (VGP)
Omschakelen van "incrementeel naar absoluut"
Invoer van variabelen activeren