Operation Manual

132
4.3 De DIN PLUS-editor
Programmering van onbewerkte werkstukken
Onbewerkte werkstukken moeten als volgt worden beschreven:
Standaard onbewerkt werkstuk (cilinder, holle cilinder):
U "Geo > Onbew. werkstuk > Klauwplaat/staf G20" in het hoofdmenu
kiezen.
U De CNC PILOT
 maakt een NC-regel in het programmadeel ONBEWERKT
WERKSTUK
 schakelt naar het submenu "Geometrie"
 activeert de dialoogbox "Klauwplaat cilinder/pijp G20"
Gietstuk als onbewerkt werkstuk (de contour van het onbewerkte
werkstuk is gebaseerd op de contour van het bewerkte werkstuk):
U "Geo > Onbew. werkstuk > Gietstuk G21" in het hoofdmenu kiezen.
U De CNC PILOT
 maakt een NC-regel in het programmadeel ONBEWERKT
WERKSTUK
 schakelt naar het submenu "Geometrie"
 activeert de dialoogbox "Gietstuk G21"
Willekeurige contour van onbewerkt werkstuk:
U "Geo > Onbew. werkstuk > Vrije contour" in het hoofdmenu kiezen.
U De CNC PILOT
 plaatst de cursor op het programmadeel ONBEWERKT
WERKSTUK
 schakelt naar het submenu "Geometrie"
U Onbewerkt werkstuk met afzonderlijke contourelementen (als een
contour van een bewerkt werkstuk) vastleggen