Operation Manual

HEIDENHAIN CNC PILOT 4290 167
4.8 Attributen voor contourbeschrijving
Nauwkeurige stop
Nauwkeurige stop aan G7-Geo
Met G7 wordt "nauwkeurige stop" ingeschakeld. Deze functie blijft tot
het moment van uitschakeling ingeschakeld. De regel met G7 wordt
met een "nauwkeurige stop" uitgevoerd. De CNC PILOT start de
volgende regel, wanneer het "tolerantievenster positie" bij het
eindpunt bereikt is (tolerantievenster: zie MP 1106, 1156, ...).
Nauwkeurige stop uit G8-Geo
Met G8 wordt "nauwkeurige stop" uitgeschakeld. De regel met G8
wordt zonder een "nauwkeurige stop" uitgevoerd.
Nauwkeurige stop regelgewijs G9-Geo
G9 activeert de "nauwkeurige stop" voor de NC-regel waarin G9
geprogrammeerd is.
Oppervlakteruwheid G10-Geo
Met G10 wordt de nabewerkingsaanzet van G890 beïnvloedt. De
"oppervlakteruwheid" geldt uitsluitend voor basiselementen van de
contour.
"Nauwkeurige stop" geldt voor basiselementen van de
contour die met G890 of G840 worden bewerkt.
Parameters
H Type oppervlakteruwheid (zie ook DIN 4768)
H=1: algemene oppervlakteruwheid (profieldiepte) Rt1
H=2: gemiddelde ruwheid Ra
H=3: gemiddelde oppervlakteruwheid Rz
RH Oppervlakteruwheid (µm, inch-bedrijf: µinch)
G10-Geo blijft ingeschakeld, tot deze functie wordt
uitgeschakeld.
G95-Geo of G10-Geo zonder parameters schakelt de
"oppervlakteruwheid" uit.
G10 RH... (zonder "H") wordt de "oppervlakteruwheid"
regelgewijs overschreven.
G38-Geo overschrijft de "oppervlakteruwheid"
regelgewijs.