Operation Manual

HEIDENHAIN CNC PILOT 4290 225
4.20 Contourgerelateerde draaicycli
Insteken G860
Met G860 wordt het met "NS, NE" beschreven contourgedeelte axiaal/
radiaal van "NS naar NE" verspaand. De te bewerken contour mag
meer terugvallende gedeeltes bevatten. Het verspaningsvlak wordt
eventueel in meer gedeeltes onderverdeeld (bijv.: bij terugvallende
contouren).
Z
K
X
Z
I
Ø
X
Ø
Parameters
NS Beginregelnummer
Begin van het contourgedeelte, of
Verwijzing naar een G22-/G23-Geo-insteek
NE Eindregelnummer (einde van het contourgedeelte):
NE niet geprogrammeerd: het contourelement NS wordt in
contourdefinitierichting bewerkt.
NS=NE geprogrammeerd: het contourelement NS wordt
tegengesteld aan de contourdefinitierichting bewerkt.
NE vervalt, wanneer de contour met G22-/G23-Geo is
vastgelegd
I Overmaat in X-richting (diametermaat) – (default: 0)
K Overmaat in Z-richting (default: 0)
Q Uitvoering (default: 0)
Q=0: voor- en nabewerken
Q=1: alleen voorbewerken
Q=2: alleen nabewerken
X Snijkantbegrenzing in X-richting (diametermaat) – (default:
geen snijkantbegrenzing)
Z Snijkantbegrenzing in Z-richting (default: geen
snijkantbegrenzing)
V Aanduiding begin/einde (default: 0)
Een afkanting/afronding wordt bewerkt:
V=0: aan het begin en einde
V=1: aan het begin
V=2: aan het einde
V=3: geen bewerking
E Nabewerkingsaanzet (default: actieve aanzet)
H Vrijzetmethode bij cycluseinde (default: 0)
H=0: terug naar het startpunt
Axiale insteek: eerst in Z-, dan in X-richting
Radiale insteek: eerst in X-, dan in Z-richting
H=1: positioneert vóór de gemaakte contour
H=2: zet vrij naar veiligheidsafstand en stopt