Operation Manual

HEIDENHAIN CNC PILOT 4290 249
4.23 Boorcycli
4.23 Boorcycli
Boorcyclus G71
Met G71 worden axiale/radiale boringen met stilstaand of
aangedreven gereedschap gemaakt voor:
 afzonderlijke boring zonder contourbeschrijving
 boring met contourbeschrijving (afzonderlijke boring of
gatenpatroon)
Voorboorposities die met de freescycli "G840 A1 ..", "G845 A1 .." of
"G846 A1 .." zijn bepaald, worden met "G71 NF.." voorgeboord (zie
"Freescycli" op bladzijde 265).
Voorbeeld: G71
. . .
N1 T5 G97 S1000 G95 F0.2 M3
N2 G0 X0 Z5
N3 G71 Z-25 A5 V2 [boren]
. . .
Parameters
NS Regelnummer contour
 Verwijzing naar de contour van de boring (G49-, G300- of
G310-Geo)
 Geen invoer: afzonderlijke boring zonder
contourbeschrijving
NF Referentie waaruit de cyclus de voorboorposities uitleest
[1..127].
X Eindpunt axiale boring (diametermaat)
Z Eindpunt radiale boring
E Stilstandtijd voor vrijmaken aan einde van boring (in
seconden) – (default: 0)
V Aanzetreductie (50 %) – (default: 0)
 V=0 of 2: reductie aan het begin
 V=1 of 3: reductie aan begin en einde
 V=4: reductie aan einde
 V=5: geen reductie
D Terugloopsnelheid (default: 0)
 D=0: IJlgang
 D=1: Aanzet
K Terugloopvlak (radiale boringen, boringen YZ-vlak:
diametermaat) – (default: terugloop naar startpositie resp.
naar veiligheidsafstand)
H1 Vanaf softwareversie 625 952-04:
Spilrem (H1 wordt verwerkt als in machineparameter 1019, ..
de rem is ingevoerd) – default: 0
 0: spilrem activeren
 1: spilrem niet activeren