Operation Manual

266
4.27 Freescycli
G840 – Voorboorposities bepalen
Met "G840 A1 .." worden de voorboorposities bepaald en onder de in
"NF" opgegeven referentie opgeslagen. Programmeer alleen de
parameters die in de onderstaande tabel zijn vermeld.
Zie ook:
 G840 – Basisprincipes: Bladzijde 265
 G840 – Frezen: Bladzijde 267
Parameters – Voorboorposities bepalen
Q Cyclustype (= freeslocatie)
 Open contour. Bij overlappingen wordt met "Q" vastgelegd
of het eerste gedeelte (vanaf het startpunt) of de gehele
contour wordt bewerkt.
 Q=0: middelpunt van de frees op de contour
(voorboorpositie = startpunt).
 Q=1: bewerking links van de contour. Bij overlappingen
alleen rekening houden met het eerste gedeelte van de
contour.
 Q=2: bewerking rechts van de contour. Bij overlappingen
alleen rekening houden met het eerste gedeelte van de
contour.
 Q=3: niet toegestaan
 Q=4: bewerking links van de contour. Bij overlappingen
rekening houden met de gehele contour.
 Q=5: bewerking rechts van de contour. Bij overlappingen
rekening houden met de gehele contour.
 Gesloten contour
 Q=0: middelpunt van de frees op de contour
(voorboorpositie = startpunt).
 Q=1: inwendig frezen
 Q=2: uitwendig frezen
 Q=3..5: niet toegestaan
NS Regelnummer – begin contourgedeelte
 Figuren: regelnummer van de figuur
 Vrije gesloten contour: eerste contourelement (niet
startpunt)
 Open contour: eerste contourelement (niet startpunt). Met
"NS – NE" wordt de contourrichting vastgelegd.
NE Regelnummer – einde contourgedeelte
 Figuren, vrije gesloten contour: geen invoer
 Open contour: laatste contourelement
 Contour bestaat uit één element:
 Geen invoer: bewerking in contourrichting
 NS=NE geprogrammeerd: bewerking tegen de
contourrichting in