Operation Manual

HEIDENHAIN CNC PILOT 4290 35
1.2 De werkstanden
1.2 De werkstanden
Werkstanden
Werkstand Handbediening: in de werkstand
"Handbediening" stelt u de machine in en verplaatst u de
assen handmatig.
Werkstand Automatisch bedrijf: in de werkstand
"Automatisch bedrijf" worden de NC-programma's
uitgevoerd. Deze besturen en bewaken de productie van
de werkstukken.
Programmeerwerkstand DIN PLUS: in "DIN PLUS"
maakt u gestructureerde NC-programma's. U beschrijft
eerst de contour van het onbewerkte en bewerkte
werkstuk en programmeert vervolgens de bewerking
van het werkstuk.
Programmeerwerkstand Simulatie: met de werkstand
"Simulatie" worden geprogrammeerde contouren,
verplaatsingen en verspaningsbewerkingen grafisch
weergegeven. De CNC PILOT houdt op schaal rekening
met het werkbereik, het gereedschap en de
spanmiddelen.
Tijdens de simulatie berekent de CNC PILOT de hoofd-
en bijkomende tijden voor elk gereedschap. Bij
draaibanken met meerdere sledes ondersteunt de
synchroonpuntanalyse de optimalisering van het NC-
programma.
Programmeerwerkstand TURN PLUS: met "TURN
PLUS" kunt u de werkstukcontour grafisch interactief
beschrijven. Wanneer u dan het materiaal definieert en
de spaninrichtingen vastlegt, wordt met de functie voor
het automatisch genereren van werkschema's (AAG) het
NC-programma met een druk op de knop gemaakt. Als
alternatief kunt u het werkschema grafisch interactief
maken (IAG).
Werkstand Besturen Parameters: de werking van de
CNC PILOT-systeem wordt met behulp van parameters
geregeld. In deze werkstand stelt u de parameters in en
stemt u zo de besturing op uw specifieke situatie af.
In deze werkstand worden bovendien de
bedrijfsmiddelen (gereedschap en spanmiddelen) en de
snijwaarden beschreven.