Operation Manual

528
6.14 Interactief genereren van werkschema's (IAG)
Restcontourbewerking: wanneer er bij neergaande contouren
restmateriaal achterblijft, kan dit worden verspaand met
"Restcontourbewerking" (zie afbeelding "G890 Q4"). Meestal is geen
snijkantbegrenzing vereist.
Uitdraaien: IAG bewerkt instekende contourgedeeltes die aan de
hand van de "induikhoek" worden bepaald (insteken: EKW <= mtw).
Voor het nabewerken – uitdraaien dient bij voorkeur "neutraal
gereedschap" te worden gebruikt.
Bij afkantingen/afrondingen geldt:
Attribuut "Oppervlakteruwheid/aanzet" niet geprogrammeerd: de
CNC PILOT voert een automatische aanzetreductie uit. Er worden
ten minste "FMUR" omwentelingen (bewerkingsparameter 5)
uitgevoerd.
Attribuut "Oppervlakteruwheid/aanzet" geprogrammeerd: geen
aanzetreductie
Bij afkantingen/afrondingen die vanwege de grootte met minstens
"FMUR" omwentelingen (bewerkingsparameter 5) worden bewerkt,
vindt geen aanzetreductie plaats.
H Vrijzetmethode. Het gereedschap wordt vrijgezet onder een
hoek van 45° tegen de bewerkingsrichting in. De verdere
vrijzetbaan wordt door H bepaald:
H=0: diagonaal naar de vrijzetpositie
H=1: eerst in X-, dan in Z-richting
H=2: eerst in Z-, dan in X-richting
H=3: wordt met aanzetsnelheid vrijgezet naar
veiligheidsafstand
I Vrijzetpositie bij H=0, 1, 2
K Vrijzetpositie bij H=0, 1, 2
Vormelementbewerking: instelling met softkey
Het weergaveveld toont de te bewerken vormelementen
(afkortingen: zie softkeytabel). De volgende elementen worden
altijd bewerkt:
C: Afkanting
R: Afronding
PT: passing
GW: Schroefdraad
Parameters
X
Z
G890 Q4
Bij de "restcontourbewerking" en bij het "uitdraaien" is de
benaderingsstrategie vastgelegd. IAG genereert G890
met "benaderingsmethode Q4".
De voorgestelde waarde "vrijzetpositie I,K" hangt ervan af
of u "Cyclus > Benaderen" programmeert:
Geprogrammeerd: positie uit "Cyclus > Benaderen"
Niet geprogrammeerd: gereedschapswisselpositie