Operation Manual
HEIDENHAIN CNC PILOT 4290 557
6.17 TURN PLUS configureren
Coördinatensysteem instellen
Bij de configuratie van het "coördinatensysteem" legt u de
venstergrootte van de controlegrafiek en de positie van het
werkstuknulpunt vast.
Keuze:
U "Configuratie > Wijzigen" kiezen
U "Coördinaten > Hoofdaanzicht" (".. > Kopvlak", ".. > Achterkant" of "..
> Mantelvlak") kiezen. TURN PLUS opent de dialoogbox
"Coördinatensysteem".
Dialoogbox "Coördinatensysteem"
Voor het hoofdaanzicht (zie afbeelding):
Delta X: venstergrootte van de controlegrafiek
Delta Z: venstergrootte van de controlegrafiek
XN: positie werkstuknulpunt (afstand tot onderste rand)
ZN: positie werkstuknulpunt (afstand tot linkerrand)
Voor het kopvlak (zie afbeelding):
Delta YK: venstergrootte van de controlegrafiek
Delta XK: venstergrootte van de controlegrafiek
YKN: positie werkstuknulpunt (afstand tot onderste rand)
XKN: positie werkstuknulpunt (afstand tot linkerrand)
Voor de achterkant:
Delta YK: venstergrootte van de controlegrafiek
Delta XK: venstergrootte van de controlegrafiek
YKN: positie werkstuknulpunt (afstand tot onderste rand)
XKN: positie werkstuknulpunt (afstand tot rechterrand)
Voor het mantelvlak (zie afbeelding):
Delta CY: venstergrootte van de controlegrafiek
Delta Z: venstergrootte van de controlegrafiek
CYN: positie werkstuknulpunt (afstand tot onderste rand)
ZN: positie werkstuknulpunt (afstand tot linkerrand)
TURN PLUS
past de grootte aan de hoogte-breedteverhouding van
het beeldscherm aan.
vergroot de venstergrootte zodanig dat het werkstuk
volledig wordt weergegeven.