Operation Manual

578
7.3 Machineparameters (MP)
Machineparameters voor sledes
18 Besturingsconfiguratie
PLC zorgt voor werkstuktelling
0: CNC zorgt voor werkstuktelling
1: PLC zorgt voor werkstuktelling
M0/M1 voor alle NC-kanalen
0: M0/M1 genereert op het geprogrammeerde kanaal een STOP
1: M0/M1 genereert op alle kanalen een STOP
interpreterstop bij gereedschapswissel
0: geen interpreterstop
1: interpreterstop. de vooruitblikkende regelinterpretatie wordt gestopt en weer ingeschakeld nadat de T-functie
is uitgevoerd.
Algemene machineparameters
Parameters voor sledes
204, 254, .. Aanzetten
IJlgang- en aanzetsnelheden wanneer u de slede met de jogtoetsen verplaatst.
IJlgang baansnelheid handbediening
Aanzet baansnelheid handbediening
205, 255, .. Veiligheidszonebewaking
De veiligheidszonematen worden asspecifiek vastgelegd (MP 1116, ...). In deze parameter kunt u aangeven of
de veiligheidszonematen moeten worden bewaakt.
Bewaking
0: veiligheidszonebewaking uit
1: veiligheidszonebewaking aan
Van de andere parameters wordt momenteel geen gebruikgemaakt.
208, 258, .. Schroefdraad snijden
De parameterwaarden worden gebruikt wanneer de in-/uitschakelbaan in het NC-programma niet
geprogrammeerd is.
Inschakelbaan: versnellingsbaan aan het begin van de draadsnijgang voor synchronisatie van aanzetas en
spil.
Uitschakelbaan: vertragingsbaan aan het einde van de draadsnijgang.
209, 259, .. Uitschakeling van slede
Slede
0: slede "uitschakelen"
1: slede niet "uitschakelen"