Operation Manual

600
7.6 Bewerkingsparameters
5 – nabewerken
Nabewerken – gereedschapsnormen
TURN PLUS kiest het gereedschap afhankelijk van de
bewerkingsplaats en de hoofdbewerkingsrichting (HBR) op basis van
de instel- en boorpunthoek.
Bovendien geldt:
allereerst wordt standaard-nabewerkingsgereedschap gebruikt.
Als met het standaard-nabewerkingsgereedschap de
vormelementen vrijdraaiingen (vorm FD) en draaduitlopen (vorm E,
F, G) niet kunnen worden bewerkt, dan worden de vormelementen
achtereenvolgens uitgeschakeld. TURN PLUS probeert herhalend
de "restcontour" te bewerken. De uitgeschakelde vormelementen
worden daarna afzonderlijk met het juiste gereedschap bewerkt.
Snijdiepte-reductiefactor [SRF]
Bij het voorbewerken met gereedschap dat niet in de
hoofdbewerkingsrichting wordt toegepast, wordt de
verplaatsing (snijdiepte) gereduceerd.
Verplaatsing (P) voor de voorbewerkingscycli (G810, G820):
P = ZT * SRF
(ZT: verplaatsing uit de technologie-database)
Bewerkingscycli
Gereedschapsnormen
Instelhoek – buiten/langs [FALEW]
Boorpunthoek – buiten/langs [FALSW]
Instelhoek – buiten/dwars [FAPEW]
Boorpunthoek – buiten/dwars [FAPSW]
Instelhoek – binnen/langs [FILEW]
Boorpunthoek – binnen/langs [FILSW]
Instelhoek – binnen/dwars [FIPEW]
Boorpunthoek – binnen/dwars [FIPSW]