Operation Manual
HEIDENHAIN CNC PILOT 4290 611
7.6 Bewerkingsparameters
21 – naam van expertprogramma
TURN PLUS maakt voor de functies zoals werkstukoverdracht voor de
complete bewerking etc. gebruik van expertprogramma's. In deze
parameter legt u vast van welke expertprogramma's
(subprogramma's) gebruik wordt gemaakt. Voer de namen van de
subprogramma's in.
22 – volgorde gereedschapskeuze
Wanneer de bewerking met meer sledes wordt uitgevoerd, legt u de
volgorde vast waarin TURN PLUS de gereedschapshouder van
gereedschap voorziet. Voer de sledenummers zonder
scheidingsteken na elkaar in (bijv. "351" betekent: $3, dan $5, dan $1).
Expertprogramma's
Subprogr. 100098: Afsteken
Subprogr. 100099: Staflader
UP EXUMS12 (op dit moment niet van belang)
UP EXUMS12A (op dit moment niet van belang)
UP MEAS01: meetsnede
UP UMKOMPL: omspannen voor machines met tegenspil
UP UMKOMPLA: afsteken en omspannen voor machines met
tegenspil
UP UMHAND: omspannen bij machine zonder tegenspil
UP ABHAND: afsteken en omspannen bij machine zonder tegenspil
Volgorde gereedschapskeuze
1e opspanning[123456]
Volgorde waarin TURN PLUS de gereedschapshouder bij de
eerste opspanning van gereedschap voorziet.
2e opspanning[123456]
Volgorde waarin TURN PLUS de gereedschapshouder bij de
tweede opspanning van gereedschap voorziet.