Operation Manual

78
3.4 Instelfuncties
Veiligheidszone vastleggen
De parameters van de veiligheidszone worden in MP 1116, 1156, ..
beheerd.
Veiligheidszone vastleggen
Willekeurig gereedschap inspannen (niet T0).
"Instel > Veiligheidszones" kiezen
Teach-in van parameters van veiligheidszone per as
Invoerveld kiezen.
Gereedschap op "grens van veiligheidszone" positioneren.
Positie als "veiligheidszone –X" overnemen (of +X, –Y,
+Y, –Z, +Z)
Teach-in van positieve of negatieve parameters van de
veiligheidszone
Willekeurig positief of negatief invoerveld kiezen.
Gereedschap op de positieve of negatieve "grens van de
veiligheidszone" positioneren.
Alle positieve of alle negatieve asposities overnemen
Parameters van veiligheidszone invoeren
Parameters van veiligheidszone:
 zijn bedoeld voor "controle van de veiligheidszone", niet
als software-eindschakelaars
 zijn gerelateerd aan het machinenulpunt
 X-waarden zijn radiusmaten
 99999/–99999 betekent: geen bewaking van deze zijde
van de veiligheidszone