Operation Manual
140 Teach-in-modus
4.1 Met cycli werken
Cyclusmenu
Het hoofdmenu toont de cyclusgroepen (zie tabel hieronder). Nadat u
een groep hebt geselecteerd, verschijnen de menutoetsen van de
cycli.
Voor complexe contouren gebruikt u ICP-cycli en voor technologisch
moeilijke bewerkingen DIN-macro's. De namen van de ICP-contouren
resp. DIN-macro's staan in het cyclusprogramma aan het regeleinde
van de cyclus.
Sommige cycli beschikken over optionele parameters. De
bijbehorende contourelementen worden alleen vervaardigd als deze
parameters zijn ingevoerd. De codeletters van optionele resp. vooraf
ingestelde parameters zijn grijs weergegeven.
De volgende parameters worden alleen in de werkstand Inleren
gebruikt:
Startpunt X, Z
Machinegegevens S, F, T en ID
Cyclusgroepen Menutoets
Onbewerkt werkstuk
Standaard of onbewerkte werkstuk ICP definiëren
Aparte snijgangen
Positioneren in spoedgang, lineaire en
cirkelvormige aparte snijgangen, afkanting en
afronding
Verspaningscycli overlangs/overdwars
Voor- en nabewerkingscycli overlangs/overdwars.
Steek- en steekdraaicycli
Cycli voor insteken, contoursteken, draaduitloop
en afsteken.
Schroefdraad snijden
Schroefdraadcycli, vrijdraaiing en schroefdraad
nasnijden.
Boren
Boorcycli en bewerking van patronen voor eind-
en mantelvlak
Frezen
Freescycli en bewerking van patronen voor eind-
en mantelvlak
DIN-macro
DIN-macro integreren