Operation Manual
HEIDENHAIN CNC PILOT 640 205
4.4 Verspaningscycli
Bewerkingswijze voor toegang tot technologiedatabase:
voorbewerken
Uitvoeren van cyclus
1 Berekent de snede-opdeling (aanzet)
2 Zet vanaf het startpunt asparallel aan voor de eerste snede.
3 Steekt bij neergaande contouren met gereduceerde voeding in
4 Verspaant in overeenstemming met de berekende snede-opdeling
5 Afhankelijk van de contourafronding H: wordt de contour
vrijgezet.
6 Keert terug en zet opnieuw aan voor de volgende snede
7 Herhaalt 3...6 totdat het gedefinieerde gedeelte is verspaand
8 Keert asparallel terug naar het startpunt
9 Benadert overeenkomstig de instelling G14 de
gereedschapswisselpositie
XA, ZA Beginpunt onbewerkt werkstuk (alleen actief als geen
onbewerkt werkstuk is geprogrammeerd):
XA, ZA niet geprogrammeerd: de contour van het
onbewerkte werkstuk wordt berekend uit de
gereedschapspositie en ICP-contour.
XA, ZA geprogrammeerd: definitie van het hoekpunt van
de contour van het onbewerkte werkstuk.
A Naderingshoek (referentie: Z-as) – (default: orthogonaal
aan Z-as)
W Vrijzethoek (referentie: Z-as) – (default: parallel aan
Z-as)
MT M na T: M-functie die na gereedschapsoproep T wordt
uitgevoerd.
MFS M bij begin: M-functie die aan het begin van de
bewerkingsstap wordt uitgevoerd.
MFE M bij einde: M-functie die aan het einde van de
bewerkingsstap wordt uitgevoerd.
WP Weergave met welke werkstukspil de cyclus wordt
uitgevoerd (machineafhankelijk)
Hoofdaandrijving
Tegenspil voor bewerking aan de achterkant