Operation Manual
HEIDENHAIN CNC PILOT 640 221
4.5 Steekcycli
Bewerkingswijze voor toegang tot technologiedatabase:
contoursteken
Met de volgende optionele parameters definieert u:
A:afkanting aan het begin van de contour
W:afkanting aan het einde van de contour
R:afronding (in beide hoeken van de bodem van de contour)
B1:afkanting/afronding aan het begin van de contour
B2:afkanting/afronding aan het einde van de contour
Uitvoeren van cyclus
1 Berekent de insteekposities en de snede-opdeling
2 Zet vanaf het startpunt resp. vanaf de insteek asparallel aan voor
de volgende insteek
3 Verplaatst met voedingssnelheid naar eindpunt X2 of naar een
optioneel contourelement
4 Blijft gedurende twee omwentelingen op deze positie
5 Keert terug en zet opnieuw aan
6 Herhaalt 3...5 totdat de insteek is gemaakt
7 Herhaalt 2...6 totdat alle insteken zijn gemaakt
8 Keert asparallel terug naar het startpunt
9 Benadert overeenkomstig de instelling G14 de
gereedschapswisselpositie
MT M na T: M-functie die na gereedschapsoproep T wordt
uitgevoerd.
MFS M bij begin: M-functie die aan het begin van de
bewerkingsstap wordt uitgevoerd.
MFE M bij einde: M-functie die aan het einde van de
bewerkingsstap wordt uitgevoerd.