Operation Manual

478 ICP-programmering
5.15 Contouren van het YZ-vlak
Lineair patroon YZ-vlak
De referentiediameter XR kunt u met de functie "Referentievlak
kiezen" vaststellen (zie pagina 428).
ICP genereert:
de programmadeel-aanduiding MANTEL_Y met de parameters
Referentiediameter en Spilhoek. Bij geneste contouren komt de
programmadeel-aanduiding te vervallen.
een G308 met de parameters Contournaam en Freesdiepte resp.
Boordiepte (–1*BT).
een G481 met de parameters van het patroon.
de G-functie en parameters van de figuur/boring.
een G309.
Referentiegegevens YZ-vlak
ID Contournaam
PT Freesdiepte
CSpilhoek
XR Referentiediameter
Parameters patroon
Y, Z 1e patroonpunt
QP Aantal patroonpunten
JP, KP Eindpunt patroon (cartesiaanse coördinaten)
JPi, KPi Afstand tussen twee patroonpunten (in Y-, Z-richting)
AP Positiehoek
RP Totale patroonlengte
RPi Afstand tussen twee patroonpunten
Parameters van de geselecteerde figuur/boring