Operation Manual
HEIDENHAIN CNC PILOT 640 583
8.3 Transfer
8.3 Transfer
De werkstand "Transfer" wordt ten behoeve van de
gegevensbeveiliging en voor de gegevensuitwisseling via
netwerken of USB-apparaten toegepast. Daar waar verderop van
"bestanden" wordt gesproken, worden programma's, parameters of
gereedschapsgegevens bedoeld. De volgende bestandstypen worden
verzonden:
Programma's (cyclusprogramma's, smart.Turn-programma's, DIN-
hoofd- en subprogramma's, ICP-contourbeschrijvingen)
Parameter
Gereedschapsgegevens
Gegevensbeveiliging
HEIDENHAIN adviseert u de op de CNC PILOT gemaakte
programma's en gereedschapsgegevens regelmatig op een extern
apparaat op te slaan.
U moet ook de parameters opslaan. Omdat deze niet vaak worden
gewijzigd, hoeven ze alleen te worden opgeslagen indien dit
noodzakelijk is.
Gegevensuitwisseling met TNCremo
Als aanvulling op de machinebesturing CNC PILOT biedt HEIDENHAIN
het pc-programma TNCremo aan. Met dit programma is vanaf een pc
toegang tot de gegevens van de besturing mogelijk.
Externe toegang
Met de softkey EXTERNE TOEGANG kan de toegang via de LSV-2-
interface worden vrijgegeven of geblokkeerd.
Externe toegang toestaan/blokkeren:
Werkstand Organisatie selecteren
Verbinding met de besturing toestaan: softkey
EXTERNE TOEGANG op AAN zetten. De TNC staat
de toegang tot gegevens via de LSV-2-interface toe.
Verbinding met de besturing blokkeren: softkey
EXTERNE TOEGANG op UIT zetten. De TNC
blokkeert de toegang via de LSV-2-interface
De machinefabrikant kan de externe
toegangsmogelijkheden configureren. Raadpleeg uw
machinehandboek.