Operation Manual

152 4 Cyclusprogrammering
4.5 Steekcycli
ICP-steekdraaien radiaal/axiaal
Kies “Steekcycli”
Kies “Steekdraaien”
“Steekdraaien radiaal ICP” (afbeeldingen rechts)
Kies “Steekdraaien axiaal ICP” (afbeeldingen op
volgende bladzijde)
De cyclus verspaant en houdt daarbij rekening met de overmaten bij:
dalende contouren: het gedeelte dat wordt beschreven door “X, Z”
en de ICP-contour
stijgende contouren: het gedeelte dat wordt beschreven door “X1,
Z1” en de ICP-contour
Zie ook “Steekdraaien” op bladzijde 143.
Cyclusparameters
8 X, Z startpunt
8 X1, Z1 Beginpunt onbewerkt werkstuk
8 P aanzetdiepte: maximale aanzetdiepte
8 O insteekaanzet – default: actieve aanzet
8 B verspringingsbreedte – default: 0
8 U draaien in één richting – default: 0
U=0: in twee richtingen
U=1: in één richting (richting: zie helpscherm)
8 I, K overmaat X, Z
8 N ICP-contournummer
8 T gereedschapsnummer
8 S toerental/snijsnelheid
8 F aanzet per omwenteling
Defineer bij
dalende contouren: alleen het “startpunt X, Z” niet het
“beginpunt contour X1, Z1”
stijgende contouren: het “startpunt X, Z” en het
“beginpunt contour X1, Z1”