Operation Manual
174 4 Cyclusprogrammering
4.6 Schroef- en draaduitloopcycli
Schroefdraad nasnijden uitgebreid (overlangs)
Kies “Draadsnijden”
Kies “Schroefdraadcyclus”
Uitgebreid inschakelen
Nasnijden inschakelen
Softkey binnendraad
Aan: Binnendraad
Uit: Buitendraad
De cyclus snijdt enkel- of meervoudige buiten- of binnendraad na.
Omdat het werkstuk al is afgespannen, moet de MANUALplus de
exacte positie van de schroefdraad bepalen. Hiertoe plaatst u de punt
van het draadsnijgereedschap midden in een schroefdraadgang en
neemt u deze posities over in de parameters “C” en “ZC” (Softkey
Overname positie). De cyclus berekent op basis van deze waarden
de spilhoek bij “startpunt Z”.
Cyclusparameters
8 Z2 eindpunt schroefdraad (zonder uitloop)
8 C gemeten hoek
8 ZC gemeten positie
8 F1 spoed (= aanzet)
8 U schroefdraaddiepte
geen invoer: wordt berekend
Buitendraad: U=0.6134*F1
Binnendraad: U=–0.5413*F1
8 I 1. Snijdiepte
I<U: eerste snede met “I” – iedere volgende snede: beperking
van de snijdiepte tot "J".
I=U: een snede
geen invoer: wordt berekend uit U en F1
8 Aanzethoek A (default: 30°): bereik: –60° < A < 60°
A<0: aanzet van de linker flank
A>0: aanzet van de rechter flank
8 J restsnijdiepte – default: 1/100 mm
8 D aantal gangen – default: 1 schroefdraadgang