Operation Manual
34 2 Bedieningsinstructies
2.2 Bediening, gegevensinvoer
Gegevensinvoer
In het invoervenster staan meerdere invoervelden. Met de “pijl
omhoog/pijl omlaag” kunt u met de cursor naar het gewenste
invoerveld gaan. In de voetregel van het venster is de betekenis van
het geselecteerde veld aangegeven.
Plaats de cursor op het gewenste invoerveld, om gegevens in te
voeren. Bestaande gegevens worden overschreven. Met “pijl naar
links/pijl naar rechts” verplaatst u de cursor naar de gewenste positie
in het invoerveld, om bestaande tekens te wissen of tekens in te
typen.
U beëindigt de gegevensinvoer in een invoerveld met “pijl omhoog/pijl
omlaag” of met “Enter”.
Als bij sommige dialogen het aantal invoervelden te groot is voor één
venster, wordt er een tweede invoervenster gebruikt. Dit is te zien aan
het symbool in de voetregel van het invoervenster. Met de toetsen
“PgUp/PgDn” wisselt u van invoervenster.
Lijstverwerking
Cyclusprogramma’s, DIN-programma’s, gereedschapstabellen, etc.
worden in de vorm van lijsten weergegeven. U kunt met de
cursortoetsen in de tabel “navigeren”, om de gegevens te bekijken of
elementen voor handelingen zoals wissen, kopiëren, wijzigen, etc. te
selecteren.
Bij bediening van Invoer klaar resp. Opslaan worden
ingevoerde of gewijzigde gegevens overgenomen – met
Terug worden ingevoerde of gewijzigde gegevens niet
overgenomen.