Operation Manual
HEIDENHAIN MANUALplus 4110 395
6.25 Gegevensinvoer, gegevensuitvoer
WINDOW
“Functie programmavariabelen”
kiezen
“WINDOW” kiezen (afbeelding
rechtsboven)
Met “Regels voor uitvoer” de grootte van het
uitvoervenster kiezen
Met “Regels voor uitvoer = 0” het uitvoervenster
sluiten
Met het commando “WINDOW” wordt de grootte
van het “uitvoervenster” ter informatie van de
machine-operator vastgelegd. Als u geen
gebruikmaakt van “WINDOW”, wordt voor de uitvoer
van informatie een uitvoervenster met 3 regels
aangemaakt.
Het uitvoervenster wordt onder aan het “lijst- en
programmavenster” aangemaakt. Het venster
verschijnt bij de eerste informatie-uitvoer en blijft op
het beeldscherm staan, totdat u het sluit of de
“interpretatie” van het DIN-programma is beëindigd.
U sluit het uitvoervenster met een “WINDOW-
oproep” en de parameterinvoer “Regels voor uitvoer
= 0”.
WINDOW (uitvoervenster definiëren)