Operation Manual

446 8 Werkstand Besturen
8.3 Transfer
Programma’s (bestanden) verzenden
Bij het selecteren van de programma’s plaatst u de
cursor op het gewenste programma en kiest u
Markeren, of markeert u alle programma’s met Alles
Markeren.
“Gemarkeerde” programma’s worden met een
“ruitje” aangeduid. U kunt de markeringen wissen
door opnieuw te markeren.
U kunt één enkel programma verzenden door de
cursor op het betreffende programma te plaatsen en
vervolgens Bestand zenden resp. Bestand
ontvangen te kiezen.
Onder het venster geeft de MANUALplus de
bestandsgrootte aan en de laatste wijzigingsdatum
van het programma waarop de cursor staat.
Bij DIN-programma’s/-macro’s kunt u bovendien met
Programmaweergave het NC-programma
“bekijken”.
Parameters en gereedschapsgegevens worden in
“één blok” verzonden/ontvangen.
Tijdens de transmissie toont de MANUALplus de
volgende informatie in een “overdrachtvenster”
(afbeelding rechtsonder):
de overdrachtstatus in de vorm van een rood
vierkantje dat zich, wanneer de overdracht actief is,
tussen de “besturing” en de “PC” verplaatst – als
de overdracht gestoord is, blijft het vierkantje staan.
Naam van het programma dat op dat moment wordt
verzonden.
Hoeveel gegevens er zijn verzonden, is te zien bij
“Voortgang”.
Bij ontvangst van parameters en
gereedschapsgegevens worden de
eerdere gegevens overschreven.
Bij het opstarten van “Netwerk” leest
de MANUALplus de programmanamen
en programmabeschrijvingen van het
externe apparaat. Dit kan enkele
minuten in beslag nemen. De
voortgang van deze procedure wordt
boven de softkeybalk weergegeven.