Operation Manual
50 3 Werkstand Machine
3.4 Machine instellen
3.4 Machine instellen
U moet de machine "voorbereiden", ongeacht of u het werkstuk
handmatig of automatisch bewerkt. Tijdens handbediening beschikt u
via het menupunt "Instellen" over de volgende functies:
Aswaarden instellen (werkstuknulpunt definiëren)
Veiligheidszone inschakelen
Gereedschapswisselpositie instellen
Waarden C-as instellen
Werkstuknulpunt definiëren
Kies "Instellen"
"Aswaarden instellen" kiezen
Werkstuknulpunt (eindvlak) aanraken
Aanraakpositie als "werkstuknulpunt Z" definiëren
Afstand tussen gereedschap en werkstuknulpunt als
"meetpuntcoördinaat Z" invoeren
De MANUALplus berekent het "werkstuknulpunt Z"
Machinenulpunt Z = Werkstuknulpunt Z
(verspringing = 0)
Machinenulpunt X = Werkstuknulpunt Z
(verspringing = 0)
De MANUALplus geeft in het helpscherm de afstand tussen het
machinenulpunt en het werkstuknulpunt aan (ook "verspringing"
genoemd).
Wanneer het werkstuknulpunt verandert, verschijnt er een nieuwe
uitlezingswaarde.
Wanneer u het werkstuknulpunt in X verandert, voer dan
de diameterwaarde als “meetpuntcoördinaat X” in. De
weergave in het helpscherm toont de afstand tussen
"machinenulpunt X en werkstuknulpunt" als radiusmaat.