Operation Manual
106 Werkstand Machine
3.8 Modus Inleren (Teach-in)
3.8 Modus Inleren (Teach-in)
Werkstand Inleren
In de werkstand Inleren voert u de werkstukbewerking stapsgewijs
uit met behulp van de Teach-in-cycli. De MANUALplus "leert" deze
werkstukbewerking en slaat de vereiste bewerkingsstappen op in een
cyclusprogramma dat telkens opnieuw kan worden gebruikt. Inleren
wordt met een softkey ingeschakeld en in de kopregel aangegeven.
Elk inleer-programma heeft een naam en een korte aanduiding. Elke
cyclus wordt in een genummerde regel weergegeven. Het
regelnummer is niet van belang voor het programma-verloop, de cycli
worden achtereenvolgens uitgevoerd. Als de cursor op een
cyclusregel staat, toont de MANUALplus de cyclusparameters.
De cyclusregel bevat:
Regelnummer
Gebruikt gereedschap (revolverplaatsnummer en GS-ID)
Cyclusaanduiding
Nummer van de ICP-contour resp. het DIN-subprogramma (na "%")
inleer-cycli programmeren
Wanneer u een nieuw Teach-in-programma maakt, gebeurt dat bij elke
cyclus volgens de procedure "Invoeren - Simulatie - Uitvoeren -
Opslaan". De afzonderlijke cycli die achtereenvolgens worden
uitgevoerd, vormen samen het cyclusprogramma.
U kunt bestaande Teach-in-programma's wijzigen door het wijzigen
van de cyclusparameters, door het wissen van de aanwezige cycli en
door het toevoegen van nieuwe cycli.
Wanneer u de werkstand Inleren verlaat of de machine uitschakelt,
blijft het inleer-programma bestaan.
U komt met de softkey in de editor voor het maken van ICP-contouren,
wanneer u een ICP-cyclus oproept, (zie "ICP-editor in cyclusbedrijf" op
pagina 365).
DIN-subprogramma's kunt u in de smart.Turn-editor programmeren en
vervolgens in een DIN-cyclus opnemen. U bereikt de smart.Turn-
editor via de softkey DIN Edit, als u de DIN-cyclus kiest of via de
werkstandtoets.
Softkeys
Naar "Keuze van cyclusprogramma's"
overschakelen.
Regelnummers van de cycli opnieuw
nummeren.
Programmabeschrijving invoeren/
wijzigen. Alfanumeriek toetsenbord
inschakelen.
Geselecteerde cyclus wissen.
Cyclusparameters tijdelijk opslaan. (Bijv.:
parameters van de voorbewerkingscyclus
ten behoeve van de nabewerkingscyclus
overnemen).
Gegevens uit het buffergeheugen
overnemen. (Softkey verschijnt alleen na
Cyclus kopiëren.)
Cyclusparameters of -werkstand
wijzigen. Het cyclustype kan niet worden
gewijzigd.
Nieuwe cyclus onder de cursor invoegen.