Operation Manual

244 Cyclusprogrammering
4.5 Steekcycli
ICP-steekdraaien axiaal
Steekcycli selecteren
Steekdraaien selecteren
Steekdraaien axiaal selecteren
Met de cyclus wordt het gedefinieerde gedeelte verspaand (zie ook
"Steekdraaien" op pagina 226).
Definieer bij
neergaande contouren het startpunt – niet het
beginpunt contour. De cyclus verspaant het gedeelte
dat wordt beschreven door het startpunt en de ICP-
contour en houdt daarbij rekening met de overmaten.
stijgende contouren het startpunt en het beginpunt
contour. De cyclus verspaant het gedeelte dat wordt
beschreven door het beginpunt en de ICP-contour en
houdt daarbij rekening met de overmaten.
Cyclusparameters
X, Z Startpunt
X1, Z1 Startpunt onbew. werks.
FK ICP-bewerkt werkstuk: naam van de te bewerken contour
P Aanzetdiepte: maximale aanzetdiepte
ET Steekdiepte die in één snede wordt aangebracht.
O Aanzet insteek (default: actieve voeding)
I, K Overmaat X, Z
SX, SZ Snijbegrenzingen (zie pagina 128)
B Verspringingsbreedte (default: 0)
U Draaibewerking in één richting (default: 0)
0: in twee richtingen
1: in één richting (richting: zie helpscherm)
G14 Gereedschapswisselpositie (zie pagina 128)
A Beginhoek definieert het bewerkingsgedeelte bij het
beginpunt van de contour
W Eindhoek definieert het bewerkingsgedeelte bij het
eindpunt van de contour