Operation Manual
282 Cyclusprogrammering
4.6 Schroefdraad- en draaduitloopcycli
Bewerkingswijze voor toegang tot technologiedatabase:
Nabewerken
De door u opgegeven parameters worden onvoorwaardelijk
aangehouden, ook als in de standaardtabel andere waarden zijn
vermeld. Als u "I, K, W en R" niet opgeeft, bepaalt de MANUALplus
deze parameters aan de hand van de cilinderdiameter uit de
standaardtabel (zie "DIN 509 E – draaduitloopparameters" op
pagina 585).
Uitvoeren van cyclus
1 zet vanaf het startpunt aan
naar positie startpunt cilinder X1, of
voor de draadaansnijding
2 maakt de draadaansnijding, indien ingesteld
3 bewerkt de cilinder na tot het begin van de draaduitloop
4 maakt de draaduitloop
5 bewerkt na tot eindpunt eindvlak X2
6 terugloop
zonder terugloop: gereedschap blijft op eindpunt eindvlak
staan
met terugloop: zet vrij en keert diagonaal terug naar het
startpunt
7 benadert overeenkomstig de instelling G14 de
gereedschapswisselpositie
MFE M bij einde: M-functie die aan het einde van de
bewerkingsstap wordt uitgevoerd.
WP Weergave met welke werkstukspil de cyclus wordt
uitgevoerd (machineafhankelijk)
Hoofdaandrijving
Tegenspil voor bewerking aan de achterkant