Operation Manual

HEIDENHAIN MANUALplus 620 357
4.9 Boor- en freespatroon
Lineair boorpatroon op het mantelvlak
Op het mantelvlak wordt met de boorcyclus axiaal een lineair
boorpatroon gemaakt. Voorwaarden voor deze bewerking zijn een
positioneerbare spil en aangedreven gereedschap.
Het boorpatroon wordt met de coördinaten van de eerste boring, het
aantal boringen en de afstand tussen de boringen vastgelegd. Bij de
boring wordt alleen de diepte opgegeven.
Gereedschapsgegevens
WO = 2 – gereedschapsoriëntatie
DV = 8 – boordiameter
BW = 118 – punthoek
AW = 1 – gereedschap is aangedreven